RvdW 2019/824
Verlaten plaats ongeval, art. 7 lid 1 WVW 1994. Bewijsklacht m.b.t. vaststelling hof dat verdachte voldoet aan het opgegeven signalement van de bestuurder van de auto gegrond.
HR 02-07-2019, ECLI:NL:HR:2019:1060
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
2 juli 2019
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, V. van den Brink, A.L.J. van Strien
- Zaaknummer
17/03729
- Conclusie
A-G mr. D.J.C. Aben
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Verkeersstrafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1060, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 02‑07‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:455, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑05‑2019
Essentie
Verlaten plaats ongeval, art. 7 lid 1 WVW 1994. Bewijsklacht m.b.t. vaststelling hof dat verdachte voldoet aan het opgegeven signalement van de bestuurder van de auto gegrond.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 17/03729
Datum 2 juli 2019
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Den Haag van 25 juli 2017, nummer 22/005696-16, in de strafzaak
tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats 2] op [geboortedatum] 1995,
hierna: de verdachte.
Conclusie
Conclusie A-G mr. D.J.C. Aben:
1. De verdachte is bij arrest van 25 juli 2017 door het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.