NJ 2013/183
Voorlopige hechtenis in Letland en uitleveringsdetentie in VS. Schending art. 5 lid 3 (en 4) vanwege de extreem basale en summiere motivering van bevelen tot verlenging van de voorlopige hechtenis.
EHRM 20-12-2011, ECLI:CE:ECHR:2011:1220JUD007109201, m.nt. N. Keijzer (Zandbergs/Latvia)
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens
- Datum
20 december 2011
- Magistraten
J. Casadevall, C. Bîrsan, E. Myjer, J. Šikuta, I. Ziemele, N. Tsotsoria, K. Pardalos
- Zaaknummer
71092/01
- Noot
N. Keijzer
- LJN
BX9998
- Roepnaam
Zandbergs/Latvia
- JCDI
JCDI:ADS127609:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Strafprocesrecht / Voorfase
Internationaal belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:CE:ECHR:2011:1220JUD007109201, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 20‑12‑2011
- Wetingang
EVRM art. 5 leden 1, 3, en 4, art. 6 lid 1
Essentie
Voorlopige hechtenis in Letland en uitleveringsdetentie in VS. Schending art. 5 lid 3 (en 4) vanwege de extreem basale en summiere motivering van bevelen tot verlenging van de voorlopige hechtenis.
Samenvatting
Verzoeker, in Letland verdacht van onder meer moord, wordt in de Verenigde Staten aangehouden en in uitleveringsdetentie gehouden. De uitleveringsdetentie wordt door de Letse rechter niet meegeteld bij het berekenen of de maximale duur van de in Letland toegestane voorlopige hechtenis is overschreden.
Op 17 december 1999 geeft de Amerikaanse waarnemend Secretary of State toestemming voor de uitlevering van verzoeker aan Letland ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.