NJB 2020/829
Recht in de zin van art. 79 RO: de Landelijke Handhavingsstrategie geldt niet als zodanig, aangezien deze zich naar inhoud en strekking niet ertoe leent jegens de verdachte als rechtsregel te worden toegepast
HR 17-03-2020, ECLI:NL:HR:2020:436
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
17 maart 2020
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, Y. Buruma en A.L.J. van Strien
- Zaaknummer
18/01994
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:436, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 17‑03‑2020
ECLI:NL:PHR:2019:1236, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑12‑2019
- Wetingang
(art. 79 RO)
Essentie
Recht in de zin van art. 79 RO: de Landelijke Handhavingsstrategie geldt niet als zodanig, aangezien deze zich naar inhoud en strekking niet ertoe leent jegens de verdachte als rechtsregel te worden toegepast
Uitspraak
Inleiding:
Het cassatiemiddel klaagt dat het hof ten onrechte de ‘Landelijke Handhavingsstrategie’ niet als recht in de zin van artikel 79 van de Wet op de rechterlijke organisatie (hierna: RO) heeft beschouwd, althans dat het zijn beslissing op dat punt ontoereikend heeft gemotiveerd.
Hoge Raad, o.a.:
2.4.
Het cassatiemiddel berust op de opvatting dat de Landelijke Handhavingsstrategie recht in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.