NJB 2012/2314
Voorbereidingshandelingen in de zin van art. 10a Opw kunnen ook strafbaar zijn indien het feit waarop die voorbereidingshandelingen zijn gericht is gerealiseerd of sprake is van een strafbare poging tot dat feit (cfm. HR 29 april 1997 NJ 1997/665).
HR 23-10-2012, ECLI:NL:HR:2012:BX6767
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
23 oktober 2012
- Magistraten
(Mrs. A.J.A. van Dorst, B.C. de Savornin Lohman en N. Jörg)
- Zaaknummer
11/01722
- LJN
BX6767
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Opiumwet
Gezondheidsrecht / Bijzondere onderwerpen
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2012:BX6767, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑10‑2012
ECLI:NL:HR:2012:BX6767, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 23‑10‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 09‑01‑2012
- Wetingang
(Opiumwet art. 10a)
Essentie
Voorbereidingshandelingen in de zin van art. 10a Opw kunnen ook strafbaar zijn indien het feit waarop die voorbereidingshandelingen zijn gericht is gerealiseerd of sprake is van een strafbare poging tot dat feit (cfm. HR 29 april 1997 NJ 1997/665).
Uitspraak
Inleiding:
De zaak ziet op de betrokkenheid van verdachte bij een drugstransport dat een aanvang had genomen. Een van de middelen stelt aan de orde dat, nu het bij de in de tenlastelegging omschreven gedragingen gaat om handelingen die plaatsvonden in de uitvoerings- en voltooiingsfase van het delict, het Hof ten onrechte heeft geoordeeld dat in casu sprake ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.