Einde inhoudsopgave
Warenwetbesluit attractie- en speeltoestellen 2023
Artikel 9
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2023
- Bronpublicatie:
28-03-2023, Stb. 2023, 104 (uitgifte: 03-04-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-07-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-03-2023, Stb. 2023, 104 (uitgifte: 03-04-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Gezondheidsrecht / Voedsel- en warenkwaliteit
Bestuursrecht algemeen / Toezicht
1.
In serie geproduceerde speeltoestellen en attractietoestellen van een eenvoudig ontwerp die overeenkomstig het typekenmerkende monster zijn vervaardigd, worden voor verhandeling in Nederland gekeurd door een aangewezen instelling.
2.
Attractie- en speeltoestellen, anders dan bedoeld in het eerste lid, worden voor ingebruikname gekeurd door een aangewezen instelling.
3.
Bij de eerste keuring van in serie geproduceerde speeltoestellen en attractietoestellen van een eenvoudig ontwerp, bedoeld in het eerste lid, kan worden volstaan met de keuring van het typekenmerkende monster.
4.
Bij ministeriële regeling wordt bepaald welke en op welke wijze attractietoestellen periodiek worden gekeurd door een aangewezen instelling. Bij ministeriële regeling kunnen voorts schema's ter bepaling van de keuringsfrequentie voor attractietoestellen worden vastgesteld.
5.
Bij ministeriële regeling kan worden bepaald welke en op welke wijze speeltoestellen opnieuw of periodiek worden gekeurd. Indien op grond van de eerste volzin geen regels zijn gesteld ten aanzien van de keuringsfrequentie van speeltoestellen, worden speeltoestellen eenmalig gekeurd door een aangewezen instelling.