RAV 2018/34
Bevrijdende verjaring. Stuiting verjaring van schadevordering van werknemer op werkgever door erkenning van aansprakelijkheid en voorschotbetalingen door verzekeraar?
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
26 januari 2018
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, G. de Groot, T.H. Tanja-van den Broek, M.J. Kroeze
- Zaaknummer
16/04740
- Conclusie
A-G mr. E.B. Rank-Berenschot
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS928681:1
- Vakgebied(en)
Vermogensrecht / Rechtsvorderingen
Verzekeringsrecht / Schadeverzekering
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:108, Uitspraak, Hoge Raad, 26‑01‑2018
ECLI:NL:PHR:2017:1166, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 20‑10‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 07‑09‑2016
- Wetingang
Art. 3:318 BW
Essentie
Bevrijdende verjaring.
Stuiting verjaring van schadevordering van werknemer op werkgever door erkenning van aansprakelijkheid en voorschotbetalingen door verzekeraar?
Samenvatting
Werknemer was als bedrijfsleider bij werkgever in dienst en is in 1998 uitgegleden in de wasstraat waardoor hij arbeidsongeschikt is geraakt. Vervolgens is zijn dienstverband beëindigd. De verzekeraar van de werkgever heeft per brief van 8 november 2001 diens aansprakelijkheid erkend en een schaderegelingsbureau ingeschakeld. De schade is tot en met 2004 definitief afgewikkeld en voor de te lijden schade tot juli 2008 is een voorschot betaald, waarna in september 2008 nog een voorschot wordt betaald. De verdere afwikkeling ...