NJ 1929, p. 665
HR, 10-12-1928
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
10 december 1928
- Magistraten
Mrs. Jhr. de Savornin Lohman, Savelberg, Jhr. Feith, Taverne, Kranenburg.
- Zaaknummer
[10121928/NJ_1929,_p._665]
- Conclusie
Conclusie van den Procureur-Generaal.
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS151592:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1928:436, Uitspraak, Hoge Raad, 10‑12‑1928
- Wetingang
Samenvatting
Openbare schennis der eerbaarheid.
De gebezigde bewijsmiddelen bevatten niets, waaruit valt af te leiden, dat verdachte „opzettelijk op oneerbare wijze" zich ten tijde en ter plaatse als vermeld in de bewezenverklaring heeft opgehouden. (Anders P.-G.).
Vernietiging v. h. arrest.
Proc.-Gen. bovendien: Nu er tusschen de verklaringen der getuigen ter zitting van de Rb. en die ter zitting van het Hof afgelegd slechts een gering verschil bestaat, dat het wezen der zaak niet raakt, kon het Hof, lettende op eigen onderzoek, het vonnis der Rb. bevestigen.
Een Adv.-Gen., wien de waarneming eener zitting is opgedragen, fungeert daarin als ...