Einde inhoudsopgave
Wet inkomstenbelasting 2001
Artikel 4.50 Vaststelling verlies
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2010
- Redactionele toelichting
Deze wijziging vindt voor het eerst toepassing ten aanzien van belastingaanslagen of voor bezwaar vatbare beschikkingen die zijn vastgesteld of genomen na 31-12-2009.
- Bronpublicatie:
23-12-2009, Stb. 2009, 610 (uitgifte: 29-12-2009, kamerstukken: 32129)
- Inwerkingtreding
01-01-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-12-2009, Stb. 2009, 610 (uitgifte: 29-12-2009, kamerstukken: 32129)
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Aanmerkelijk belang (box 2)
1
De inspecteur stelt het bedrag van een verlies uit aanmerkelijk belang vast bij voor bezwaar vatbare beschikking.
2
De inspecteur geeft de bedoelde beschikking gelijktijdig met het vaststellen van de aanslag over het jaar waarin het verlies is ontstaan.
3
Het bedrag van het verlies uit aanmerkelijk belang wordt afzonderlijk op het aanslagbiljet vermeld.
4.
Indien enig feit grond oplevert voor het vermoeden dat het bedrag van het verlies uit aanmerkelijk belang te hoog is vastgesteld, kan de inspecteur de in het eerste lid bedoelde beschikking herzien. Herziening vindt plaats bij voor bezwaar vatbare beschikking.
5
Een feit dat de inspecteur bekend was of redelijkerwijs bekend had kunnen zijn, levert geen grond voor herziening op, tenzij de belastingplichtige ter zake van dit feit te kwader trouw is.
6
Artikel 16, tweede lid, aanhef en onderdelen b en c, derde en vierde lid, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen is van overeenkomstige toepassing op herziening.