BNB 2019/190
Teruggaaf dividendbelasting. Bewijslastverdeling bij beoordeling of een verzoeker de tot de opbrengst gerechtigde en de uiteindelijk gerechtigde is
HR 18-10-2019, ECLI:NL:HR:2019:1610, m.nt. O.C.R. Marres
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 oktober 2019
- Magistraten
Mrs. Koopman, Van Loon, Van Kalmthout, Van Hilten, Faase
- Zaaknummer
18/03614
- Noot
O.C.R. Marres
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS168897:1
- Vakgebied(en)
Dividendbelasting / Algemeen
Dividendbelasting / Heffingswijze
- Brondocumenten
Beroepschrift, Hoge Raad, 18‑10‑2019
ECLI:NL:HR:2019:1610, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑10‑2019
- Wetingang
Art. 10 lid 1 Wet div. bel. 1965
Essentie
Teruggaaf dividendbelasting. Bewijslastverdeling bij beoordeling of een verzoeker de tot de opbrengst gerechtigde en de uiteindelijk gerechtigde is
Samenvatting
Belanghebbende, naar Japans recht opgericht door de 72 bij haar aangesloten Japanse pensioenfondsen, is in Japan gevestigd. Zij heeft voor de jaren 2010 en 2011 verzocht om teruggaaf van dividendbelasting die is ingehouden op dividenden, uitgekeerd op aandelen in Nederlandse vennootschappen. De Inspecteur heeft deze verzoeken afgewezen.
Naar het oordeel van het Hof rust de bewijslast dat belanghebbende uiteindelijk gerechtigde is tot de opbrengsten waarop de dividendbelasting is ingehouden, op belanghebbende. Het Hof heeft vervolgens geoordeeld dat belanghebbende ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.