NJB 2020/971
Een stichting procedeert tegen Trafigura in verband met storting van afvalstoffen in Ivoorkust. In eerste aanleg heeft zij haar eis gewijzigd. Het hof leidt daaruit af dat de partijhoedanigheid van de stichting is gewijzigd. Op die grond verklaart het hof de stichting niet-ontvankelijk in het hoger beroep. Hoge Raad: 1. Claimstichting. Indien een stichting als vertegenwoordiger van gedupeerden een vordering instelt en vervolgens haar eis aldus wijzigt dat zij een vordering instelt op de voet van art. 3:305a BW, impliceert die eiswijziging een wijziging van de hoedanigheid waarin de stichting in het geding optreedt. 2. Wijziging partijhoedanigheid. Uitgangspunt is dat een partij niet in de loop van de procedure in een andere hoedanigheid kan gaan optreden dan die waarin zij haar vordering bij aanvang van de procedure heeft ingesteld. Indien wordt uitgegaan van de door de Hoge Raad genoemde bijzondere omstandigheden, is voor toepassing van dit uitgangspunt geen plaats
HR 03-04-2020, ECLI:NL:HR:2020:587
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
3 april 2020
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, C.E. du Perron, C.H. Sieburgh, H.M. Wattendorff, F.J.P. Lock
- Zaaknummer
19/00250
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:587, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 03‑04‑2020
ECLI:NL:PHR:2019:1274, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑12‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 15‑01‑2019
- Wetingang
(art. 3:305a (oud) BW; art. 130 Rv)
Essentie
Een stichting procedeert tegen Trafigura in verband met storting van afvalstoffen in Ivoorkust. In eerste aanleg heeft zij haar eis gewijzigd. Het hof leidt daaruit af dat de partijhoedanigheid van de stichting is gewijzigd. Op die grond verklaart het hof de stichting niet-ontvankelijk in het hoger beroep. Hoge Raad: 1. Claimstichting. Indien een stichting als vertegenwoordiger van gedupeerden een vordering instelt en vervolgens haar eis aldus wijzigt dat zij een vordering instelt op de voet van art. 3:305a BW, impliceert die eiswijziging een wijziging van de hoedanigheid waarin de stichting in het geding optreedt. 2. Wijziging partijhoedanigheid. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.