Einde inhoudsopgave
Belastingplan 2004
Artikel XXVI
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2013
- Bronpublicatie:
20-12-2012, Stb. 2012, 670 (uitgifte: 27-12-2012, kamerstukken: 33405)
- Inwerkingtreding
01-01-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-12-2012, Stb. 2012, 670 (uitgifte: 27-12-2012, kamerstukken: 33405)
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting (V)
A. Overgangsrecht inkomstenbelasting
Artikel 3.51, tweede lid, van de Wet inkomstenbelasting 2001, zoals dat artikel luidde op 31 december 2003, blijft van toepassing met betrekking tot de scholingsbijtelling ingevolge artikel 3.50 van die wet zoals dat artikel luidde op 31 december 2003.
B. Overgangsrecht ter zake van vorming eigenwoningreserve
1.
Voor de toepassing van artikel 3 119aa van de Wet inkomstenbelasting 2001 wordt, indien ten aanzien van de belastingplichtige op 31 december 2003 twee woningen als eigen woning werden aangemerkt, ter zake van de eerste vervreemding geen eigenwoningreserve gevormd.
2.
Indien de verwerving door de belastingplichtige van een eigen woning het gevolg is van een op 31 december 2003 reeds bestaande schriftelijke koopovereenkomst, wordt ter zake van de vervreemding van een woning die op 31 december 2003 ten aanzien van hem als een eigen woning werd aangemerkt geen eigenwoningreserve gevormd.
3.
Indien de vervreemding door de belastingplichtige van een eigen woning het gevolg is van een op 31 december 2003 reeds bestaande schriftelijke verkoopovereenkomst, wordt ter zake van die vervreemding geen eigenwoningreserve gevormd.
C.
Vervallen