NJB 2022/1859
Cassatieberoep tegen tussenbeslissing – i.c. beslissing van geheimhoudingskamer – niet-ontvankelijk. A-G IJzerman gaat in op niet-toepasselijkheid van zogenoemde doorbrekingsjurisprudentie.
HR 22-04-2022, ECLI:NL:HR:2022:639
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
22 april 2022
- Magistraten
Mrs. Van Hilten, Fierstra, Wortel, Beukers-van Dooren, Van Eijsden
- Zaaknummer
21/02075
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Belastingrecht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:639, Uitspraak, Hoge Raad, 22‑04‑2022
ECLI:NL:PHR:2022:245, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 16‑03‑2022
Beroepschrift, Hoge Raad, 12‑05‑2021
- Wetingang
Essentie
Cassatieberoep tegen tussenbeslissing – i.c. beslissing van geheimhoudingskamer – niet-ontvankelijk. A-G IJzerman gaat in op niet-toepasselijkheid van zogenoemde doorbrekingsjurisprudentie.
Uitspraak
Hoge Raad, onder meer:
‘2.4
Het beroep in cassatie is gericht tegen de (…) beslissing [van de geheimhoudingskamer van het Hof]. Deze krachtens artikel 8:29, lid 3, Awb gegeven beslissing van het Hof is niet een uitspraak waartegen op grond van artikel 28, lid 1, letter a, AWR beroep in cassatie kan worden ingesteld. Tegen een dergelijke beslissing van een gerechtshof staat beroep in cassatie open, maar dat beroep kan slechts tegelijkertijd met het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.