JWB 2014/214
Jeugdrecht; aanwijzingsbevoegdheid Jeugdzorg, bezoekregeling
HR 25-04-2014, ECLI:NL:HR:2014:1019
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
25 april 2014
- Zaaknummer
13/02397
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
Personen- en familierecht / Gezag en omgang
Personen- en familierecht / Kinderbescherming
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:1019, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 25‑04‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:334, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 28‑02‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 13‑05‑2013
- Wetingang
Art. 1:258 lid 1 en 1:263a lid 1 BW
Essentie
Jeugdrecht; aanwijzingsbevoegdheid Jeugdzorg, bezoekregeling
Samenvatting
Casus:
De ouders van twee minderjarige kinderen zijn gescheiden. De ouders hebben het gezamenlijk ouderlijk gezag over de kinderen. Aanvankelijk hadden de kinderen hun hoofdverblijfplaats bij de moeder. In 2010 zijn de kinderen onder toezicht gesteld voor de duur van één jaar. Hierna is deze nog verlengd. Ook zijn de kinderen enige tijd uit huis geplaatst geweest. Sinds maart 2011 verblijven zij bij de vader. In datzelfde jaar 2011 is bepaald dat de minderjarigen hun hoofdverblijfplaats bij de vader zullen hebben. Sinds 1 januari 2012 gold voor de kinderen en de moeder een bezoekregeling. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.