Einde inhoudsopgave
Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties met piekbelasting
Artikel 8 Bijdrage vervallen productierecht
Geldend
Geldend van 13-06-2023 tot 12-06-2028
- Bronpublicatie:
05-06-2023, Stcrt. 2023, 15029 (uitgifte: 12-06-2023, regelingnummer: WJZ/ 27312934)
- Inwerkingtreding
13-06-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-06-2023, Stcrt. 2023, 15029 (uitgifte: 12-06-2023, regelingnummer: WJZ/ 27312934)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Lucht
Natuurbeschermingsrecht / Gebiedsbescherming
Agrarisch recht (V)
Staatssteun (V)
Bestuursrecht algemeen / Subsidie
1.
De in artikel 7, onder a, bedoelde bijdrage bedraagt 100% van de waarde van het geheel of gedeeltelijk vervallen productierecht, voor zover dat vervallen productierecht niet meer bedraagt dan het productierecht dat vereist is voor het aantal dieren, uitgedrukt in varkenseenheden, pluimvee-eenheden respectievelijk kilogrammen fosfaat, dat gemiddeld in het voor de berekening van de stikstofvracht gebruikte referentiejaar op de veehouderijlocatie is gehouden.
2.
De in het eerste lid bedoelde waarde wordt bepaald op basis van:
- a.
de marktwaarde van het productierecht benodigd voor een varkenseenheid, respectievelijk een pluimvee-eenheid of een kilogram fosfaat; en
- b.
de omvang van het productierecht dat vervalt.
3.
De minister stelt met het oog op de toepassing van dit artikel de marktwaarde van het productierecht benodigd voor een varkenseenheid, een pluimvee-eenheid en een kilogram fosfaat vast aan de hand van de actuele marktprijs, waarbij voor zover het gaat om varkensrecht en pluimveerecht onderscheid wordt gemaakt tussen de concentratiegebieden Zuid en Oost, aangeduid in bijlage I van de Meststoffenwet, en het overige gebied, en maakt deze bedragen uiterlijk bekend op de dag voor de aanvang van de openstellingsperiode, bedoeld in artikel 10, eerste lid.