Einde inhoudsopgave
Besluit rechtspositie rechterlijke ambtenaren
Artikel 1
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2017
- Bronpublicatie:
09-12-2016, Stb. 2016, 501 (uitgifte: 16-12-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
09-12-2016, Stb. 2016, 503 (uitgifte: 16-12-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Rechter
Ambtenarenrecht / Bijzondere onderwerpen
Staatsrecht / Rechtspraak
In dit besluit wordt verstaan onder:
AAOP-uitkering: ABP ArbeidsongeschiktheidsPensioen als bedoeld in hoofdstuk 11 van het Pensioenreglement;
AOW-gerechtigde leeftijd: de leeftijd, bedoeld in artikel 7a, eerste lid, van de Algemene Ouderdomswet, waarop recht op ouderdomspensioen ontstaat;
arbeidsduur: het aantal uren gedurende welke een rechterlijk ambtenaar zijn ambt gemiddeld per week vervult op basis van een aanstelling of aanwijzing als bedoeld in artikel 5f van de wet;
arbeidsduurfactor: een breuk waarvan de teller bestaat uit de voor de rechterlijk ambtenaar vastgestelde arbeidsduur en de noemer bestaat uit het getal 36;
arbeidsongeschikt: arbeidsongeschikt als bedoeld in artikel 18, eerste lid, van de WAO of volledig en duurzaam arbeidsongeschikt als bedoeld in artikel 4 van de WIA of gedeeltelijk arbeidsgeschikt als bedoeld in artikel 5 van de WIA;
arbodienst: een arbodienst als bedoeld in de Arbeidsomstandighedenwet;
beroepsziekte: een ziekte, die overwegende mate[lees: in overwegende mate] haar oorzaak vindt in de aard van de werkzaamheden van de rechterlijk ambtenaar dan wel in de bijzondere omstandigheden waaronder deze moesten worden verricht, en niet aan zijn schuld of onvoorzichtigheid is te wijten;
bovenwettelijke WW-uitkering: een uitkering als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel e, van het Besluit bovenwettelijke uitkeringen bij werkloosheid van rechterlijke ambtenaren;
deskundige persoon: een deskundige persoon als bedoeld in artikel 14, eerste lid, van de Arbeidsomstandighedenwet die belast is met de taken, bedoeld in artikel 14, eerste lid, onderdelen b of c, van die wet;
dienstongeval: een ongeval, dat in overwegende mate zijn oorzaak vindt in de aard van de werkzaamheden van de rechterlijk ambtenaar dan wel in de omstandigheden waaronder deze moesten worden verricht, en niet aan zijn schuld of onvoorzichtigheid is te wijten;
gewezen rechterlijk ambtenaar: de rechterlijk ambtenaar aan wie ontslag is verleend, met ingang van de dag waarop het ontslag is ingetreden;
herplaatsen: het opdragen van een ander ambt of een andere functie, bedoeld in artikel 19 van dit besluit onderscheidenlijk artikel 46k van de wet;
herplaatsingstoelage: een herplaatsingstoelage als bedoeld in hoofdstuk 12 van het pensioenreglement;
invaliditeitspensioen: een invaliditeitspensioen als bedoeld in hoofdstuk 8 van het pensioenreglement;
medisch advies: een advies van de deskundige persoon of arbodienst dat ten aanzien van de rechterlijk ambtenaar is uitgebracht na een arbeidsgezondheidskundig onderzoek als bedoeld in artikel 18 van de Arbeidsomstandighedenwet of artikel 13 van dit besluit;
passende arbeid: alle arbeid die voor de krachten en bekwaamheden van de rechterlijk ambtenaar is berekend, tenzij aanvaarding daarvan om redenen van lichamelijke, geestelijke of sociale aard niet van de rechterlijk ambtenaar kan worden gevergd;
pensioenreglement: het Pensioenreglement van de Stichting Pensioenfonds ABP;
salaris per uur: 1/156 deel van het salaris bij een volledige arbeidsduur;
Stichting Pensioenfonds ABP: de Stichting Pensioenfonds ABP, bedoeld in artikel 6 van de Wet privatisering ABP;
UWV: het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, genoemd in hoofdstuk 5 van de Wet Suwi;
volledige arbeidsduur: een arbeidsduur van gemiddeld 36 uren per week;
Wet Suwi: de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen;
WW: de Werkloosheidswet;
ZW: de Ziektewet.