JAR 2018/53
Stuiting verjaring schadevergoeding door erkenning van aansprakelijkheid door verzekeraar namens de werkgever.
HR 26-01-2018, ECLI:NL:HR:2018:108
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
26 januari 2018
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, G. de Groot, T.H. Tanja-van den Broek, M.J. Kroeze
- Zaaknummer
16/04740
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Arbeidsomstandigheden en beroepsschade
Arbeidsrecht (V)
Vermogensrecht / Rechtsvorderingen
Verzekeringsrecht / Schadeverzekering
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:108, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 26‑01‑2018
ECLI:NL:PHR:2017:1166, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑10‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 07‑09‑2016
- Wetingang
Art. 3:318, 7:658 BW
Essentie
De werknemer is als bedrijfsleider in dienst geweest van de werkgever. Op 22 december 1998 is de werknemer uitgegleden in de wasstraat van de werkgever en arbeidsongeschikt geraakt. De verzekeraar van de werkgever, Bovemij, heeft bij brief van 8 november 2001 de aansprakelijkheid van de werkgever erkend. Bovemij heeft het bureau Cunningham ingeschakeld om de schade af te wikkelen. Halverwege 2005 is de schade tot en met 2004 afgewikkeld. Daarna is twee keer een voorschot betaald. De zaak is echter niet geheel afgewikkeld. De werknemer heeft op 29 januari 2011 de werkgever gedagvaard en (het restant van de) schadevergoeding ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.