V-N 2019/57.11
Door foutenleer kan woningcorporatie gunstige regeling voor transitorische rente toepassen
HR 22-11-2019, ECLI:NL:HR:2019:1837
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
22 november 2019
- Magistraten
Koopman, Van Loon, Van Kalmthout, Van Hilten, Faase
- Zaaknummer
18/01686
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS169225:1
- Vakgebied(en)
Vennootschapsbelasting / Winstbepaling
Inkomstenbelasting / Winst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1837, Uitspraak, Hoge Raad, 22‑11‑2019
ECLI:NL:PHR:2018:1037, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑09‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 12‑06‑2018
- Wetingang
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat de Belastingdienst is gebonden aan de VSO’s en dat de uitleg van het hof van de VSO’s feitelijk en niet onbegrijpelijk is. Verder is de fout op de openingsbalans terecht aangemerkt als een fout in de zin van de foutenleer.
Samenvatting
Stichting X is een woningcorporatie. In het kader van de integrale VPB-plicht voor woningcorporaties per 1 januari 2008 zijn door de branche vaststellingsovereenkomsten vastgesteld met de Belastingdienst. In haar VPB-aangifte 2008 passiveert X de transitorische rente op de fiscale openingsbalans onder de kortlopende schulden. Bij de openingsbalanswaardering van de langlopende schulden is ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.