V-N 2021/4.2.5
Liechtensteinse Stiftung kwalificeert als APV zodat navorderingsaanslag erfbelasting terecht is. Lopende procedure Hof
Rb. Gelderland 12-10-2020, ECLI:NL:RBGEL:2020:5411
- Instantie
Rechtbank Gelderland
- Datum
12 oktober 2020
- Zaaknummer
AWB - 18 _ 6566
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Schenk- en erfbelasting / Erfbelasting
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:RBGEL:2020:5411, Uitspraak, Rechtbank Gelderland, 12‑10‑2020
- Wetingang
art. 2.14a Wet IB 2001; art. 16 SW 195
Essentie
Rechtbank Gelderland oordeelt dat de inspecteur aannemelijk maakt dat sprake is van discretionair vermogen ten aanzien van Stiftung C en derhalve sprake is van een APV. Uit diverse akten blijkt namelijk dat de kring van potentiële verkrijgers onbepaald is.
Samenvatting
D richt in opdracht van A en B in 1994 de Liechtensteinse Stiftung C op. In C worden, via schenkingen, liquide middelen en een effectenportefeuille ingebracht. B overlijdt in 1995 en A in 2011. Het in C ondergebrachte vermogen bedraagt op dat moment € 5 mln. De inspecteur rekent de helft hiervan toe aan A en legt een navorderingsaanslag ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.