Einde inhoudsopgave
Wet inkomstenbelasting 2001
Artikel 3.95a Aftrek bij het toepassing vinden van artikel 2.14, derde lid, onderdeel e
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2017
- Bronpublicatie:
21-12-2016, Stb. 2016, 544 (uitgifte: 29-12-2016, kamerstukken: 34552)
- Inwerkingtreding
01-01-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-12-2016, Stb. 2016, 544 (uitgifte: 29-12-2016, kamerstukken: 34552)
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Resultaat uit overige werkzaamheden
Inkomstenbelasting / Algemeen
Indien ingevolge artikel 2.14, derde lid, onderdeel e, door de belastingplichtige genoten vergoedingen ter zake van een werkruimte niet worden aangemerkt als loon doch als voordeel behaald met een werkzaamheid en die werkruimte behoort tot het vermogen van een onderneming van hem of van één met hem verbonden persoon als bedoeld in dat artikelonderdeel, wordt voor de berekening van het resultaat met die werkzaamheid slechts als kosten en lasten in aftrek gebracht een evenredig deel van de op de voet van artikel 3.19 berekende bijtelling privé-gebruik woning.