Einde inhoudsopgave
Advocatenwet
Artikel 60af [Overeenkomstige toepassing op bezoekende advocaten]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2015
- Bronpublicatie:
01-10-2014, Stb. 2014, 354 (uitgifte: 15-10-2014, kamerstukken: 32382)
- Inwerkingtreding
01-01-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
10-11-2014, Stb. 2014, 429 (uitgifte: 14-11-2014, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Advocaat
Staatsrecht / Rechtspraak
1.
Deze paragraaf is van overeenkomstige toepassing op bezoekende advocaten als bedoeld in artikel 16b, en op de advocaten die hun werkzaamheden uitoefenen onder hun oorspronkelijke beroepstitel als bedoeld in artikel 16h.
2.
Indien de advocaat jegens wie het voornemen bestaat hem te schorsen in de uitoefening van de praktijk of een voorlopige voorziening te treffen op grond van artikel 60ab, eerste en tweede lid, zich krachtens het nationale recht van een andere lidstaat van de Europese Unie of een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte dat uitvoering geeft aan artikel 3 van richtlijn 98/5/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 16 februari 1998 ter vergemakkelijking van de permanente uitoefening van het beroep van advocaat in een andere lidstaat dan die waar de beroepskwalificatie is verworven, heeft laten inschrijven, stelt de raad van de orde voor de aanvang van de procedure de bevoegde autoriteit in die lidstaat of lidstaten van dit voornemen op de hoogte en verstrekt hij aan die autoriteit of autoriteiten alle dienstige inlichtingen.
3.
Indien de advocaat zich in Zwitserland heeft laten inschrijven met inachtneming van de op 21 juni 1999 tot stand gekomen Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten enerzijds en de Zwitserse Bondsstaat anderzijds, over het vrije verkeer van personen, is het tweede lid van overeenkomstige toepassing.
4.
De bevoegde autoriteit van de staat van herkomst van de betrokken advocaat wordt in de gevallen, bedoeld in artikel 60ab, eerste, tweede en zesde lid, in de gelegenheid gesteld haar mening kenbaar te maken.
5.
Aan de bevoegde autoriteit van de staat van herkomst van de betrokken advocaat kunnen mededelingen worden gevraagd van de nodige gegevens over diens beroepsuitoefening en wordt kennis gegeven van iedere genomen beslissing, een en ander onverminderd het vertrouwelijke karakter van die inlichtingen.