Einde inhoudsopgave
Regeling Tijdelijke wet Groningen
Artikel 4.3
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2023
- Bronpublicatie:
29-06-2023, Stcrt. 2023, 17749 (uitgifte: 30-06-2023, regelingnummer: WJZ/ 27870366)
- Inwerkingtreding
01-07-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
29-06-2023, Stcrt. 2023, 17749 (uitgifte: 30-06-2023, regelingnummer: WJZ/ 27870366)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Mijnbouw
Bouwrecht / Veiligheid en milieu
Bestuursrecht algemeen / Overheid en privaatrecht
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
1.
De vergoeding wordt vastgesteld op basis van door de eigenaar overgelegde offertes van derden of andere bewijsstukken, voor zover die offertes of bewijsstukken zijn gebaseerd op bedrijfseconomische grondslagen en normen die in het maatschappelijk verkeer als aanvaardbaar worden beschouwd.
2.
De vergoeding bedraagt ten hoogste 16,5% van de op basis van de beoordeling geraamde kosten voor de versterking van een gebouw, of van meerdere gebouwen binnen een project indien de eigenaar een projectmatige aanpak toepast.
3.
In gevallen waarin door bijzondere omstandigheden de vergoeding te laag is en dit leidt tot onbillijkheden van overwegende aard kan de Minister de vergoeding verhogen.