NJB 2015/657
Prejudiciële vragen over onder welke voorwaarden een moeder zonder verblijfsvergunning een verblijfsrecht kan ontlenen aan het feit dat haar kind de Nederlandse nationaliteit heeft
CRvB 16-03-2015, ECLI:NL:CRVB:2015:665
- Instantie
Centrale Raad van Beroep
- Datum
16 maart 2015
- Magistraten
Mrs. Van der Kade, De Vries, Simon
- Zaaknummer
12-6791 AKW-P
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Europees belastingrecht / Verdragen EU
EU-recht / Algemeen
Sociale zekerheid kinderen en jongeren / Kinderbijslag
Vreemdelingenrecht / Verblijf
EU-recht / Rechtsbescherming
Staatsrecht / Grondrechten
Internationale sociale zekerheid / Bijzondere onderwerpen
Staatsrecht / Nationaliteitsrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:CRVB:2015:665, Uitspraak, Centrale Raad van Beroep, 16‑03‑2015
- Wetingang
Essentie
Prejudiciële vragen over onder welke voorwaarden een moeder zonder verblijfsvergunning een verblijfsrecht kan ontlenen aan het feit dat haar kind de Nederlandse nationaliteit heeft
Uitspraak
(…)
Overwegingen
4.
De Raad ziet zich gesteld voor de vraag of betrokkenen, die allen de nationaliteit van een derde land hebben, als moeder van een kind dat burger van de Unie is, onder de beschreven omstandigheden een verblijfsrecht kunnen ontlenen aan artikel 20 van het VWEU. In dat geval hebben zij immers, op grond van de gelijkstellingsbepalingen in respectievelijk de WWB en de AKW, een potentieel recht op ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.