PJ 2003/148
Heffingsrecht over een afkoopsom van pensioen is conform het pensioenartikel in het belastingverdrag toegewezen aan de woonstaat. Toepassing van art. 11c (thans: 19b) is strijdig met het bepaalde in het belastingverdrag en dient achterwege te blijven.
HR 05-09-2003, ECLI:NL:PHR:2003:AE8403, m.nt. mr. R.B.J. Mijnen (fictiefloonarresten)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
5 september 2003
- Zaaknummer
37 657
- Noot
mr. R.B.J. Mijnen
- LJN
AE8403
- Roepnaam
fictiefloonarresten
- JCDI
JCDI:ADS916465:1
- Vakgebied(en)
Pensioenen / Algemeen
Verzekeringsrecht / Pensioenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2003:AE8403, Uitspraak, Hoge Raad, 05‑09‑2003
ECLI:NL:PHR:2003:AE8403, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 05‑09‑2003
Essentie
Heffingsrecht over een afkoopsom van pensioen is conform het pensioenartikel in het belastingverdrag toegewezen aan de woonstaat. Toepassing van art. 11c (thans: 19b) is strijdig met het bepaalde in het belastingverdrag en dient achterwege te blijven.
Samenvatting
Afkoop van pensioen kwalificeert als pensioen en op basis van het Verdrag ter voorkoming van dubbele belasting is het woonland (Singapore) uitsluitend heffingsbevoegd. Toepassing van art. 11c Wet LB 1964 is strijdig met verdrag en dient achterwege te blijven.
Een voormalige werknemer heeft een groot gedeelte van zijn dienstbetrekking buiten Nederland uitgeoefend. De werknemer koopt het gedeelte van de pensioenaanspraak ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.