Einde inhoudsopgave
Experimentenwet vooropleidingseisen, selectie en collegegeldheffing
Artikel 1 Begripsbepalingen
Geldend
Geldend vanaf 01-05-2005
- Bronpublicatie:
28-04-2005, Stb. 2005, 222 (uitgifte: 29-04-2005, kamerstukken: 29819)
- Inwerkingtreding
01-05-2005
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-04-2005, Stb. 2005, 222 (uitgifte: 29-04-2005, kamerstukken: 29819)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek
In deze wet wordt verstaan onder:
- a.
- b.
Onze Minister: Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;
- c.
instelling: een instelling voor hoger onderwijs als bedoeld in artikel 1.2, onderdelen a en b, van de wet;
- d.
instellingsbestuur: het instellingsbestuur, bedoeld in artikel 1.1, onderdeel j, van de wet;
- e.
opleiding: een bachelor- of masteropleiding als bedoeld in artikel 7.3 van de wet;
- f.
voltijdse, duale of deeltijdse opleiding: een opleiding die onderscheidenlijk voltijds, duaal of deeltijds is ingericht;
- g.
experimenteel programma: een programma binnen een bacheloropleiding als bedoeld in artikel 5;
- h.
studiejaar: het tijdvak dat aanvangt op 1 september en eindigt op 31 augustus van het daaropvolgende jaar;
- i.
onderwijs- en examenregeling: de onderwijs- en examenregeling, bedoeld in artikel 7.13 van de wet.