JWB 2010/286
Onteigeningsrecht
HR 09-07-2010, ECLI:NL:HR:2010:BL1634
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
9 juli 2010
- Zaaknummer
08/03676
- LJN
BL1634
- Vakgebied(en)
Onteigeningsrecht / Onteigening
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BL1634, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 09‑07‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BL1634, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑01‑2010
Beroepschrift, Hoge Raad, 12‑08‑2008
- Wetingang
Art. 40c OW (aanhef en onder 3); art. 41 OW; art. 45l lid 1 OW; art. 50 OW; art. 52 lid 2 OW; art. 54t lid 1 OW
Essentie
Onteigeningsrecht
Samenvatting
Casus
In deze zaak is de onteigening zelf niet langer in discussie. De strijd gaat nog alleen om de vergoeding van de onteigeningsschade en de kosten van juridische en andere deskundige bijstand (Markus-Matser-leer).
De Provincie heeft tegen eiser een procedure bij de rechtbank aanhangig gemaakt, waarin zij op de voet van artikel 54f e.v. Ow vervroegde onteigening heeft gevorderd en een schadeloosstelling ten behoeve van eiser vast te stellen. Bij tussenvonnis spreekt de rechtbank bij vervroeging de onteigening uit en bepaalt zij het totaal uit te betalen voorschot op de schadeloosstelling op € 599.401,- en benoemt ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.