WR 2023/115
Dringend eigen gebruik woonruimte – renovatie: sloop en nieuwbouw wegens stedenbouwkundige, sociaaleconomische of volkshuisvestelijke doelen; geen structurele wanverhouding tussen exploitatiekosten en huuropbrengsten; huurbeëindiging (vervolg op WR 2022/61)
HR 16-06-2023, ECLI:NL:HR:2023:931
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
16 juni 2023
- Magistraten
Mrs. M.V. Polak, H.M. Wattendorff, S.J. Schaafsma, F.R. Salomons, G.C. Makkink
- Zaaknummer
22/00663
- Noot
J.A. van Strijen
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS708929:1
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:931, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 16‑06‑2023
ECLI:NL:PHR:2023:232, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 24‑02‑2023
Beroepschrift, Hoge Raad, 28‑02‑2022
- Wetingang
Essentie
Dringend eigen gebruik woonruimte – renovatie: sloop en nieuwbouw wegens stedenbouwkundige, sociaaleconomische of volkshuisvestelijke doelen; geen structurele wanverhouding tussen exploitatiekosten en huuropbrengsten; huurbeëindiging (vervolg opWR 2022/61)
Samenvatting
In het Herenhuis-arrest heeft de Hoge Raad geoordeeld dat het enkele feit dat de verhuurder wil overgaan tot de uitvoering van een bouw- en renovatieplan geen dringend eigen gebruik oplevert, in de regel ook niet indien de exploitatie van het verhuurde in ongewijzigde staat onrendabel is. Indien echter sprake is van een structurele wanverhouding tussen de exploitatiekosten en de huuropbrengsten, kan het zijn dat de verhuurder het verhuurde in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.