RvdW 2019/803
1. Klacht over opmaken aanvulling bewijsmiddelen als bedoeld in art. 365a Sv na opvragen ervan door HR. 2. Klacht over gebruik herkenning verdachte door opsporingsambtenaar voor bewijs. HR: art. 81 lid 1 RO.
HR 25-06-2019, ECLI:NL:HR:2019:1021
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
25 juni 2019
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, V. van den Brink, E.S.G.N.A.I. van de Griend
- Zaaknummer
17/04012
- Conclusie
A-G mr. E.J. Hofstee
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1021, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 25‑06‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:460, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑05‑2019
Essentie
1. Klacht over opmaken aanvulling bewijsmiddelen als bedoeld in art. 365a Sv na opvragen ervan door HR. 2. Klacht over gebruik herkenning verdachte door opsporingsambtenaar voor bewijs. HR: art. 81 lid 1 RO.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 17/04012
Datum 25 juni 2019
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Amsterdam van 15 augustus 2017, nummer 23/003009-15, in de strafzaak
tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1981,
hierna: de verdachte.
Conclusie
Conclusie A-G mr. E.J. Hofstee:
1. Het gerechtshof Amsterdam ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.