NJB 2023/2555
Drie moorden in de zaak Scheveningse bosjes en Brunssummerheide. Ontoerekenbaarheid en voorbedachte raad, art. 39 en 289 Sr: eventuele ontoerekeningsvatbaarheid van de verdachte sluit niet uit dat sprake is van voorbedachte raad. In casu kon de voorbedachte raad bewezen worden verklaard, onder meer in aanmerking genomen dat de verdachte planmatig te werk is gegaan, hij de keuze heeft gemaakt welke slachtoffers hij zou doden, hij voldoende tijd heeft genomen om zich te beraden op de door hem genomen besluiten om mensen om het leven te brengen en allerlei afwegingen en keuzes heeft gemaakt waaruit blijkt dat hij zich een voorstelling heeft gemaakt van hoe en waar hij zijn daden het beste kon volbrengen. Beoordeling van de strafuitsluitingsgrond ontoerekenbaarheid, art. 39 Sr: - Het is aan de feitenrechter om vast te stellen of bij de verdachte ten tijde van het begaan van het tenlastegelegde feit een psychische stoornis als bedoeld in art. 37a en 39 Sr bestond. De rechter heeft daarin een eigen verantwoordelijkheid en is niet gebonden aan de door deskundigen uitgebrachte adviezen. De vaststelling dat sprake is van zo’n psychische stoornis, is van feitelijke aard en kan in cassatie slechts op haar begrijpelijkheid worden getoetst. - Geen rechtsregel brengt mee dat alleen een stoornis die is omschreven in de Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders (DSM) kan worden aangemerkt als een ‘gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis van de geestvermogens’ zoals bedoeld in art. 37a lid 1 Sr. Evenmin betekent de enkele omstandigheid dat een stoornis wel als zodanig wordt aangeduid in de DSM, dat de rechter tot het oordeel moet komen dat sprake is van zo’n gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis. Deze uitgangspunten zijn ook van toepassing bij de psychische stoornis i.d.z.v. art. 39 Sr. - Op grond van art. 39 Sr kan ontoerekenbaarheid worden aangenomen als ten tijde van het feit bij de verdachte sprake was van een stoornis als bedoeld in deze bepaling en de verdachte als gevolg van die stoornis niet kon begrijpen dat dat feit wederrechtelijk was of niet in staat was in overeenstemming te handelen met zijn begrip van de wederrechtelijkheid van dat feit. - Gedragingen van de verdachte die aan het optreden van de in art. 39 Sr bedoelde stoornis zijn voorafgegaan, kunnen in de weg staan aan het oordeel dat het tenlastegelegde feit niet aan de verdachte kan worden toegerekend in de zin van deze bepaling, maar slechts onder bijzondere omstandigheden (zoals culpa in causa). - In zijn algemeen onjuist is de opvatting dat de feitenrechter vaststellingen moet doen over de precieze aard van de bij de verdachte vastgestelde stoornis. - In casu kon het hof oordelen dat bewezenverklaarde feiten aan de verdachte kunnen worden toegerekend en daarmee afwijken van drie deskundigenrapportages (waarvan – kort gezegd – er twee tot ontoerekeningsvatbaarheid concludeerde en een concludeerde dat dat de toerekeningsvatbaarheidsvraag niet kon worden beantwoord).
HR 17-10-2023, ECLI:NL:HR:2023:1295
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
17 oktober 2023
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, Y. Buruma, A.L.J. van Strien, C. Caminada, T. Kooijmans
- Zaaknummer
22/00998
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:1295, Uitspraak, Hoge Raad, 17‑10‑2023
ECLI:NL:PHR:2023:610, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 20‑06‑2023
Beroepschrift, Hoge Raad, 14‑12‑2022
- Wetingang
Essentie
Drie moorden in de zaak Scheveningse bosjes en Brunssummerheide. Ontoerekenbaarheid en voorbedachte raad, art. 39 en 289 Sr: eventuele ontoerekeningsvatbaarheid van de verdachte sluit niet uit dat sprake is van voorbedachte raad. In casu kon de voorbedachte raad bewezen worden verklaard, onder meer in aanmerking genomen dat de verdachte planmatig te werk is gegaan, hij de keuze heeft gemaakt welke slachtoffers hij zou doden, hij voldoende tijd heeft genomen om zich te beraden op de door hem genomen besluiten om mensen om het leven te brengen en allerlei afwegingen en keuzes heeft gemaakt waaruit blijkt ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.