RvdW 2020/245:Niet-ontvankelijkverklaring in hoger beroep o.g.v. art. 416 lid 2 Sv. Hof heeft met de overweging ‘dat formeel gezien geen sprake is van een aanhoudingsverzoek’ kennelijk als oordeel tot uitdrukking gebracht dat het vóór de terechtzitting door de niet-gemachtigde raadsman gedane aanhoudingsverzoek niet geldt als verzoek tot aanhouding van het onderzoek ter terechtzitting waarop hof uitdrukkelijk en gemotiveerd diende te beslissen. Dat oordeel is onjuist. Volgt vernietiging en terugwijzing.