JWB 2010/409
Procesrecht, hoger beroep, rechtsmiddelenverbod, doorbreking, ontvankelijkheid cassatieberoep
HR 08-10-2010, ECLI:NL:HR:2010:BN1415
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
8 oktober 2010
- Zaaknummer
09/04634
- LJN
BN1415
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Personen- en familierecht / Familieprocesrecht
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BN1415, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 08‑10‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BN1415, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑07‑2010
- Wetingang
Art. 824 lid 1 Rv; art. 401a Rv; art. 426 lid 4 Rv
Essentie
Procesrecht, hoger beroep, rechtsmiddelenverbod, doorbreking, ontvankelijkheid cassatieberoep
Samenvatting
Casus
Partijen zijn verwikkeld in een echtscheidingsprocedure die door de verzoekster in cassatie aanhangig is gemaakt. Bij een zelfstandige verzoekschrift heeft de verzoekster tot cassatie verzocht bij wijze van voorlopige voorziening de verweerder in cassatie tot betaling van alimentatie te veroordelen. De man heeft verweerd gevoerd.
Rechtsvraag
In cassatie staat de vraag naar de ontvankelijkheid van het cassatieberoep centraal.
Beslissing
De rechtbank heeft de verweerder in cassatie veroordeeld tot betaling van een voorlopige alimentatie. Het hof heeft gronden aanwezig geacht voor doorbreking van het rechtsmiddelenverbod van art. 824 lid 1 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.