Rb. Midden-Nederland, 07-04-2022, nr. C/16/536351 / FV RK 22-624
ECLI:NL:RBMNE:2022:1744
- Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
- Datum
07-04-2022
- Zaaknummer
C/16/536351 / FV RK 22-624
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBMNE:2022:1744, Uitspraak, Rechtbank Midden-Nederland, 07‑04‑2022; (Eerste aanleg - meervoudig, Beschikking)
- Vindplaatsen
JGz 2022/54 met annotatie van Hondius, A.J.K.
Uitspraak 07‑04‑2022
Inhoudsindicatie
Wvggz, zorgmachtiging, anticonceptie als verplichte zorg
Partij(en)
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
Afdeling familierecht
Locatie Utrecht
Zaaknummer: C/16/536351 / FV RK 22-624
Externe referentie: [externe referentie]
Machtiging tot verlenen van verplichte zorg
Beschikking van de meervoudige kamer van 7 april 2022, naar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:
[betrokkene] ,
geboren op [geboortedatum] 1988 te [geboorteplaats] ( [.] ),
met briefadres te [plaatsnaam 1] ,
verblijvende te [instelling] , locatie [locatie] te [plaatsnaam 2] ,
hierna te noemen: betrokkene,
advocaat: mr. N.C.E.C. Luns.
1. Procesverloop
1.1.
Bij verzoekschrift, ingekomen ter griffie op 17 maart 2022, heeft de officier van justitie verzocht om een zorgmachtiging.
Bij het verzoekschrift zijn onder meer de volgende bijlagen gevoegd:
- de medische verklaring d.d. 14 maart 2022;
- de zorgkaart;
- het zorgplan;
- de bevindingen van de geneesheer-directeur;
- de gegevens over eerder afgegeven machtigingen ingevolge de Wet BOPZ en de Wvggz en strafvorderlijke en justitiegegevens en politiegegevens.
1.2.
Tijdens de mondelinge behandeling van 24 maart 2022 is betrokkene niet verschenen. Betrokkene was op dat moment niet in staat om de zitting bij te wonen. De rechtbank heeft vervolgens besloten om de mondelinge behandeling te verzetten naar 7 april 2022 om betrokkene alsnog in de gelegenheid te stellen te worden gehoord op het verzoek.
1.3.
Op 7 april 2022 zijn mr. J.P.M. Schwillens, als rechter-commissaris namens de meervoudige kamer, en E. Berghuis, griffier, gegaan naar [instelling] , locatie [locatie] te [plaatsnaam 2] om daar op het verzoek te horen:
- betrokkene,
- mr. A.J. van der Velden (als waarnemer voor mr. N.C.E.C. Luns),
- [A] , arts,
- [B] , curator van betrokkene.
De curator bevond zich elders en nam online deel aan de mondelinge behandeling.
1.4.
De officier van justitie heeft van tevoren laten weten dat hij niet voornemens is bij de
mondelinge behandeling te verschijnen.
1.5.
De rechtbank heeft na de mondelinge behandeling uitspraak gedaan en een kennisgeving uitspraak aan de advocaat van betrokkene, de zorgaanbieder en de officier van justitie verstrekt.
2. Beoordeling
2.1.
In het verzoekschrift is, op grond van het zorgplan en het advies van de geneesheer-directeur, verzocht om aan betrokkene de volgende vormen van verplichte zorg als bedoeld in artikel 3:2 Wvggz te mogen verlenen. Het gaat dan om:
a. toedienen van vocht, voeding en medicatie, alsmede het verrichten van medische controles of andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening;
b. beperken van de bewegingsvrijheid;
c. insluiten;
d. uitoefenen van toezicht op betrokkene;
e. onderzoek aan kleding of lichaam;
g. controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
j. opnemen in een accommodatie.
2.2.
Allereerst stelt de advocaat zich op het standpunt dat bij betrokkene uitsluitend sprake is van een verslavingsstoornis en deze stoornis onvoldoende is om een zorgmachtiging toe te wijzen.
Uit de stukken en de toelichting tijdens de mondelinge behandeling is gebleken dat betrokkene leidt aan meervoudige psychiatrische en somatische problematiek en co-morbiditeit in de vorm van een licht verstandelijke beperking, persoonlijkheidsstoornissen en een stoornis in het gebruik van middelen als cocaïne en cannabis. Dagelijks gebruikt betrokkene drugs die zij bekostigt door het plegen van diefstallen en zich te prostitueren, waarbij zij onveilige seks heeft met een risico op seksueel overdraagbare aandoeningen en lichamelijk letsel vanwege gewelddadige mannen. Zij leeft al jaren op deze wijze en in deze periode zijn vier kinderen geboren die uit huis zijn geplaatst. Betrokkene is niet in staat om op enige wijze een rol te spelen in de ondersteuning van haar kinderen. Haar leven staat in het teken van het scoren van drugs, ongeacht de gevolgen voor haarzelf en haar kinderen. Van twee kinderen is bekend dat zij met een cocaïne intoxicatie zijn geboren. Desondanks is betrokkene weer zwanger en blijft zij drugs gebruiken. Nog los van het feit dat bij betrokkene ook sprake is van andere psychische stoornissen, leidt de rechtbank uit deze omstandigheden af dat de verslaving het denken, voelen, willen, oordelen en doelgericht handelen zo ingrijpend beïnvloeden dat betrokkene het veroorzaakte gevaar niet kan worden toegerekend, omdat de verslavingsstoornis de gevaarvolle daden van betrokkene overwegend beheerst. De rechtbank is daarom van oordeel dat bij deze verslavingsstoornis sprake is van een psychische stoornis als bedoeld in de Wvggz.
2.3.
Verder heeft de advocaat zich verzet tegen de verzochte verplichte vorm van zorg genoemd onder a (toedienen van medicatie of andere medische handeling), waar anticonceptie als verplichte zorg is opgenomen. Uit de toelichting van de geneesheer-directeur en de zorgverantwoordelijke blijkt dat de anticonceptie bedoeld is om toekomstige zwangerschappen te voorkomen en het nog te verwekken kind te beschermen.
De rechtbank overweegt dat uit de tekst van de Wvggz volgt dat, toegespitst op de situatie van betrokkene, de behandeling onder dwang ziet op het bestrijden van het ernstig nadeel van betrokkene zelf en van haar ongeboren kind. Uit de tekst van de Wvggz en de wetsgeschiedenis blijkt niet dat de wetgever heeft bedoeld deze behandeling uit te breiden tot het nog te verwekken kind. In de situatie van betrokkene ziet de rechtbank aanleiding om verplichte anticonceptie als medische handeling in de vorm van een prikpil, een spiraal of hormoonstaafje toe te wijzen. Zowel uit de medische verklaring van de onafhankelijke psychiater als het zorgplan blijkt dat betrokkene door haar langdurige verslaving en de ernst van haar afhankelijkheid van harddrugs tijdens de zwangerschap een verhoogd risico heeft op het loslaten van de placenta en daarmee het gevaar bestaat dat zij, en haar kindje, komen te overlijden. Met verplichte anticonceptie kan dit ernstig nadeel voor betrokkene worden voorkomen. Om het leven van betrokkene te beschermen, is het verplichte gebruik van anticonceptie in de vorm van een prikpil, een spiraal of hormoonstaafje tot het moment dat haar behandeling effectief is gebleken, naar het oordeel van de rechtbank noodzakelijk en proportioneel nu alle voorliggende behandelalternatieven niet het gewenste resultaat hebben opgeleverd. Voor zover het verzoek ziet op sterilisatie van betrokkene wijst de rechtbank deze vorm van verplichte zorg af vanwege de onomkeerbaarheid van een dergelijke ingreep.
2.4.
Om het ernstig nadeel af te wenden of de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren of te herstellen of de geestelijke gezondheid van betrokkene dusdanig te herstellen dat zij haar autonomie zoveel mogelijk herwint of de door de stoornis bedreigde of aangetaste fysieke gezondheid van betrokkene te stabiliseren of te herstellen, heeft betrokkene zorg nodig.
2.5.
Gebleken is dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. De rechtbank verleent daarom een zorgmachtiging voor de verzochte vormen van verplichte zorg als bedoeld in artikel 3:2 Wvggz.
2.6.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben.
2.7.
De verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
2.8.
Gelet op het voorgaande is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz.
2.9.
Tot slot heeft de advocaat bepleit om bij toewijzing van het verzoek de zorgmachtiging in duur te beperken tot drie maanden. Na deze periode is naar verwachting het kindje geboren en is betrokkene voldoende hersteld om zelf invulling aan haar leven te geven.
De rechtbank overweegt dat de langdurige verslaving aan harddrugs en de dagelijkse zucht naar harddrugs het leven van betrokkene beheerst. Om aan geld voor haar verslaving te komen prostitueert zij zich en pleegt regelmatig vermogensdelicten waar zij ook voor is veroordeeld. Ook komt zij in onveilige situaties terecht, waarbij zij wordt mishandeld. Alle trajecten die zijn ingezet om betrokkene te helpen van haar verslaving af te komen zijn mislukt. Betrokkene heeft tijdens de mondelinge behandeling aangegeven dat de uithuisplaatsingen van haar vier kinderen voor haar zeer traumatiserend is geweest. De arts heeft toegelicht dat de zucht naar drugs ook nu, tijdens de zwangerschap, onverminderd is. Tijdens een zwangerschapscontrolebezoek aan het ziekenhuis is betrokkene weggelopen en zwaar onder invloed van cocaïne weer naar de kliniek terug gekomen. De rechtbank is van oordeel dat duur en intensiteit van de verslaving en de eerdere niet succesvolle interventies om betrokkene van haar verslaving af te helpen een langdurige behandeling zullen vergen die de termijn van de door de advocaat gevraagde drie maanden zeker zal overstijgen. Daarom zal de rechtbank een zorgmachtiging verlenen voor de (verzochte) zes maanden. Deze geldt dus tot en met 7 oktober 2022.
3. Beslissing
De rechtbank:
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van [betrokkene] , geboren op
[geboortedatum] 1988 te [geboorteplaats] ( [.] ), voor de volgende vormen van verplichte zorg als bedoeld in artikel 3:2 lid 2 Wvggz:
a. toedienen van vocht voeding en medicatie, alsmede het verrichten van medische controles of andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening, inclusief anticonceptie in de vorm van prikpil, spiraal of hormoonstaafje;
b. beperken van de bewegingsvrijheid;
c. insluiten;
d. uitoefenen van toezicht op betrokkene;
e. onderzoek aan kleding of lichaam;
g. controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
j. opnemen in een accommodatie;
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 7 oktober 2022.
Deze beschikking is op 7 april 2022 gegeven door mr. J.P.M. Schwillens, als voorzitter, en mr. E.A.A. van Kalveen en mr. A.C. van den Boogaard als leden, van de meervoudige kamer, en in het openbaar uitgesproken bijgestaan door E. Berghuis als griffier, en schriftelijk uitgewerkt en ondertekend op 21 april 2022. | ||
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open. | ||