JWB 2008/381
Vennootschapsrecht, vertegenwoordigingsbevoegdheid
HR 26-09-2008, ECLI:NL:HR:2008:BD7598
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
26 september 2008
- Zaaknummer
C07/059HR
- LJN
BD7598
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Rechter
Vermogensrecht / Rechtshandelingen
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2008:BD7598, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑09‑2008
ECLI:NL:HR:2008:BD7598, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 26‑09‑2008
- Wetingang
Art. 2:6 lid 4 BW; art. 3:61 lid 3 BW; art. 81 RO
Essentie
Vennootschapsrecht, vertegenwoordigingsbevoegdheid
Samenvatting
Casus
De verweerster in cassatie heeft de eiseressen tot cassatie voor de rechter gedagvaard en gevorderd de eiseressen tot cassatie te veroordelen tot betaling van € 14.446,34 in verband met verschuldigde verzekeringspremie, met rente en kosten.
Rechtsvraag
In cassatie komt de vraag naar de bevoegde vertegenwoordiging van de eiseressen tot cassatie bij het sluiten van een overeenkomst aan de orde.
Beslissing
Bij een verstekvonnis heeft de rechtbank het gevorderde toegewezen. De eiseressen tot cassatie zijn in verzet gekomen en hebben de vordering bestreden. De rechtbank heeft na een tussenvonnis bij het eindvonnis de vordering ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.