NJB 2014/888
Een onverkorte toepassing van art. 7.1 in verbinding met art. 9.9 lid 2 Wsf 2000 is niet langer in overeenstemming met de bedoeling van de wetgever en de strekking van de wet indien vast komt te staan dat de studerende in – een deel van – de periode (een of meer studiefinancieringstijdvakken) voorafgaande aan de door appellant geconstateerde overtreding van art. 1.5 Wsf 2000 feitelijk wél woonde op het betreffende GBA-adres
CRvB 02-04-2014, ECLI:NL:CRVB:2014:1146
- Instantie
Centrale Raad van Beroep
- Datum
2 april 2014
- Magistraten
Mrs. De Mooij, Brand, Van Zeben-de Vries
- Zaaknummer
13-3545 WSF
- Vakgebied(en)
Sociale zekerheid kinderen en jongeren / Studiefinanciering
Onderwijsrecht / Bijzondere onderwerpen
- Brondocumenten
ECLI:NL:CRVB:2014:1146, Uitspraak, Centrale Raad van Beroep, 02‑04‑2014
- Wetingang
Essentie
Een onverkorte toepassing van art. 7.1 in verbinding met art. 9.9 lid 2 Wsf 2000 is niet langer in overeenstemming met de bedoeling van de wetgever en de strekking van de wet indien vast komt te staan dat de studerende in – een deel van – de periode (een of meer studiefinancieringstijdvakken) voorafgaande aan de door appellant geconstateerde overtreding van art. 1.5 Wsf 2000 feitelijk wél woonde op het betreffende GBA-adres
Uitspraak
(….)
Overwegingen
4.1.2.
Ingevolge artikel 1.2 van de Wsf 2000 is voor de toepassing van het bepaalde bij of krachtens deze wet bepalend de toestand op ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.