Einde inhoudsopgave
Wet financiële markten BES
Artikel 6:10 (verplichting aandelenbezit beneden drempel te brengen)
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2012
- Bronpublicatie:
01-12-2011, Stb. 2011, 612 (uitgifte: 20-12-2011, kamerstukken: 32784)
- Inwerkingtreding
01-07-2012
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-05-2012, Stb. 2012, 240 (uitgifte: 12-06-2012, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
Financiële dienstverlening / Financieel toezicht
1.
De persoon die stemgerechtigde aandelen boven de drempel, bedoeld in artikel 6:9, eerste lid, door welke oorzaak ook is gaan houden zonder toestemming van het bestuur en de raad van commissarissen van de vennootschap of anders dan door een openbaar bod als bedoeld in artikel 6:11, brengt onmiddellijk zijn aandelenbezit tot beneden die drempel.
2.
Indien de bedoelde drempel onopzettelijk of buiten toedoen van de persoon of van aan hem gelieerde partijen werd overtreden, is het bestuur met toestemming van de raad van commissarissen bevoegd om de persoon alsnog geheel of gedeeltelijk ontheffing te verlenen van de verplichting om zijn aandelenbezit beneden de drempel te brengen. De ontheffing kan onder voorwaarden verleend worden.
3.
Binnen tien dagen nadat een persoon onopzettelijk of buiten zijn toedoen en buiten het toedoen van met hem gelieerde partijen, stemgerechtigde aandelen is gaan houden boven de bedoelde drempel, of nadat hem dat feit bekend werd, of nadat een verzoek tot ontheffing, bedoeld in het tweede lid, is afgewezen, kan de persoon aan het bestuur zijn voornemen kenbaar maken om een openbaar bod als bedoeld in artikel 6:11 uit te brengen. In dat geval is hij niet verplicht zijn aandelenbezit tot beneden de drempel terug te brengen. De verplichting herleeft zodra hij van dat voornemen afziet.