NJB 2018/164
Behulpzaam zijn bij het zich verschaffen van toegang tot of doorreis door Nederland, art. 197a lid 1 Sr: niet is vereist dat komt vast te staan dat de vreemdeling zich met het passeren van de grensbewaking ‘de iure’ de toegang heeft verschaft tot Nederland. In het bijzonder van belang is dat de behulpzaamheid is voltooid, terwijl noch uit die delictsomschrijving noch uit de wetsgeschiedenis volgt dat vereist is dat de vreemdeling zich daadwerkelijk toegang heeft verschaft tot Nederland of een andere staat als bedoeld in art. 197a Sr. Van het zich wederrechtelijk ‘verschaffen van toegang’ tot Nederland kan sprake indien de vreemdeling zich feitelijk de toegang tot Nederland heeft verschaft, zonder dat sprake is van het passeren van een grensbewaking
HR 19-12-2017, ECLI:NL:HR:2017:3195
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
19 december 2017
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, Y. Buruma, A.L.J. van Strien
- Zaaknummer
16/02491
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:3195, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 19‑12‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:1369, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑11‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 19‑12‑2016
- Wetingang
(art. 197a Sr)
Essentie
Behulpzaam zijn bij het zich verschaffen van toegang tot of doorreis door Nederland, art. 197a lid 1 Sr: niet is vereist dat komt vast te staan dat de vreemdeling zich met het passeren van de grensbewaking ‘de iure’ de toegang heeft verschaft tot Nederland. In het bijzonder van belang is dat de behulpzaamheid is voltooid, terwijl noch uit die delictsomschrijving noch uit de wetsgeschiedenis volgt dat vereist is dat de vreemdeling zich daadwerkelijk toegang heeft verschaft tot Nederland of een andere staat als bedoeld in art. 197a Sr. Van het zich wederrechtelijk ‘verschaffen van toegang’ tot Nederland kan sprake ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.