Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2011/61/EU beheerders alternatieve beleggingsinstellingen en tot wijziging van de Richtlijnen 2003/41/EG en 2009/65/EG en van de Verordeningen (EG) nr. 1060/2009 en (EU) nr. 1095/2010
Artikel 45 Verantwoordelijkheid van de bevoegde autoriteiten in de lidstaten
Geldend
Geldend vanaf 21-07-2011
- Bronpublicatie:
08-06-2011, PbEU 2011, L 174 (uitgifte: 01-07-2011, regelingnummer: 2011/61/EU)
- Inwerkingtreding
21-07-2011
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
08-06-2011, PbEU 2011, L 174 (uitgifte: 01-07-2011, regelingnummer: 2011/61/EU)
- Overige regelgevende instantie(s)
Europese Unie
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Het bedrijfseconomische toezicht op een abi-beheerder is de verantwoordelijkheid van de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van herkomst van de abi-beheerder, ongeacht of deze abi's beheert en/of verhandelt in een andere lidstaat of niet, onverminderd de bepalingen van deze richtlijn waarbij de verantwoordelijkheid voor het toezicht wordt toebedeeld aan de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van ontvangst van de abi-beheerder.
2.
Het toezicht op de naleving door een abi-beheerder van de artikelen 12 en 14 is de verantwoordelijkheid van de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van ontvangst van de abi-beheerder, wanneer een abi-beheerder abi's beheert en/of verhandelt middels een bijkantoor in die lidstaat.
3.
De bevoegde autoriteiten van de lidstaat van ontvangst van een abi-beheerder mogen van een abi-beheerder die in deze lidstaat abi's beheert of verhandelt, ongeacht of dit middels een bijkantoor geschiedt of niet, de gegevens verlangen die nodig zijn voor het toezicht op de naleving door de abi-beheerder van de op hem toepasselijke regels die onder de verantwoordelijkheid van deze bevoegde autoriteiten vallen.
Van de bedoelde abi-beheerders worden niet méér gegevens verlangd dan de lidstaat van ontvangst van de abi-beheerder verlangt van abi-beheerders waarvoor hij lidstaat van herkomst is, wat het toezicht op de naleving door deze laatste van dezelfde regels betreft.
4.
Als de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van ontvangst van de abi-beheerder vaststellen dat een abi-beheerder die op hun grondgebied abi's beheert en/of verhandelt, ongeacht of dit middels een bijkantoor gebeurt of niet, een van de regels waarvan het toezicht op de naleving onder hun verantwoordelijkheid valt, niet naleeft, eisen zij van de abi-beheerder in kwestie dat deze hieraan een einde maakt en stellen zij de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van herkomst hiervan in kennis.
5.
Indien de abi-beheerder in kwestie weigert de bevoegde autoriteiten van zijn lidstaat van ontvangst informatie te verstrekken die onder de verantwoordelijkheid van deze autoriteiten valt of niet het nodige doet om een einde aan de in lid 4 bedoelde tekortkoming te maken, stellen de bevoegde autoriteiten van zijn lidstaat van ontvangst de bevoegde autoriteiten van zijn lidstaat van herkomst hiervan in kennis. De bevoegde autoriteiten van de lidstaat van herkomst van de abi-beheerder:
- a)
treffen zo spoedig mogelijk alle passende maatregelen om ervoor te zorgen dat de abi-beheerder in kwestie de door de bevoegde autoriteiten van zijn lidstaat van herkomst overeenkomstig lid 3 gevraagde informatie verstrekt of een einde aan de in lid 4 bedoelde tekortkoming maakt;
- b)
vragen eventueel zo spoedig mogelijk de nodige informatie aan de betrokken toezichthoudende autoriteiten in derde landen.
De aard van de onder a) bedoelde maatregelen wordt aan de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van ontvangst van de abi-beheerder meegedeeld.
6.
Als de abi-beheerder, ondanks de door de bevoegde autoriteiten van zijn lidstaat van herkomst overeenkomstig lid 5 genomen maatregelen of omdat deze maatregelen ontoereikend blijken of in de lidstaat in kwestie niet voorhanden zijn, blijft weigeren de informatie te verstrekken waarom de bevoegde autoriteiten van zijn lidstaat van ontvangst overeenkomstig lid 3 verzoeken of de in lid 4 bedoelde, in de lidstaat van ontvangst geldende wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen blijft schenden, kunnen de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van ontvangst van de abi-beheerder, na de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van herkomst te hebben geïnformeerd, passende maatregelen nemen, inclusief de maatregelen van de artikelen 46 en 48, om verdere onregelmatigheden te voorkomen of te bestraffen en, indien nodig, de abi-beheerder in kwestie te beletten op zijn grondgebied nog transacties te initiëren. Wanneer de in de lidstaat van ontvangst van de abi-beheerder uitgevoerde taak het beheer van abi's is, kan de lidstaat van ontvangst de abi-beheerder verplichten het beheer van deze abi's stop te zetten.
7.
Als de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van ontvangst van de abi-beheerder duidelijke en aantoonbare redenen hebben om aan te nemen dat de abi-beheerder de verplichtingen schendt die voortvloeien uit regels waarvan het toezicht op de naleving niet onder de verantwoordelijkheid van deze bevoegde autoriteiten valt, delen zij deze bevindingen mee aan de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van herkomst van de abi-beheerder, die passende maatregelen nemen, inclusief, indien nodig, een verzoek om bijkomende informatie aan de betrokken toezichthoudende autoriteiten in derde landen.
8.
Als de abi-beheerder, ondanks de door de bevoegde autoriteiten van zijn lidstaat van herkomst genomen maatregelen of omdat deze maatregelen ontoereikend blijken of omdat de lidstaat van herkomst van de abi-beheerder niet binnen een redelijke termijn optreedt, blijft handelen op een wijze die de belangen van de beleggers in de abi in kwestie, de financiële stabiliteit of de integriteit van de markt in de lidstaat van ontvangst van de abi-beheerder duidelijk schaadt, kunnen de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van ontvangst van de abi-beheerder, na de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van herkomst van de abi-beheerder te hebben geïnformeerd, alle passende maatregelen nemen die nodig zijn om de belangen van de beleggers in de abi in kwestie, de financiële stabiliteit en de integriteit van de markt in de lidstaat van ontvangst te beschermen, inclusief de mogelijkheid de abi-beheerder in kwestie te beletten in de lidstaat van ontvangst nog rechten van deelneming of aandelen in de abi in kwestie te verhandelen.
9.
De procedure in lid 7 en 8 is ook van toepassing, als de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van ontvangst duidelijke en aantoonbare redenen hebben om het oneens te zijn met de verlening van een vergunning aan een niet-EU abi-beheerder door de referentielidstaat.
10.
Als de bevoegde autoriteiten in kwestie het oneens zijn met een van de maatregelen die overeenkomstig leden 4 tot en met 9 hierboven door een bevoegde autoriteit zijn genomen, kunnen zij de zaak onder de aandacht brengen van de ESMA, die kan optreden overeenkomstig de bevoegdheden die haar op grond van artikel 19 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 zijn verleend.
11.
Indien van toepassing faciliteert de ESMA de onderhandelingen over en de sluiting van de samenwerkingsregeling die op grond van deze richtlijn tussen de bevoegde autoriteiten van de lidstaten en de toezichtautoriteiten van derde landen moet bestaan.