RFR 2018/95
Familieprocesrecht. Mocht hof acht slaan op een brief waarop in gedingstukken niet met zoveel woorden beroep is gedaan?
HR 06-04-2018, ECLI:NL:HR:2018:534
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
6 april 2018
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, G. Snijders, T.H. Tanja-van den Broek, H.M. Wattendorff
- Zaaknummer
17/01542
- Conclusie
A-G mr. M.L.C.C. Lückers
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS929281:1
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
Personen- en familierecht / Familieprocesrecht
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:534, Uitspraak, Hoge Raad, 06‑04‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:111, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑02‑2018
- Wetingang
Art. 1:431 BW; art. 85 Rv
Essentie
Familieprocesrecht. Beschermingsbewind.
Mocht hof acht slaan op een brief waarop in gedingstukken niet met zoveel woorden beroep is gedaan?
Samenvatting
Deze zaak betreft de onderbewindstelling van de goederen van twee ouders. Eerder is de dochter tot bewindvoerder benoemd. De verzoekers van de onderbewindstelling, twee zonen, gaan in appel tegen deze benoeming. In cassatie hebben zij geklaagd over het oordeel van het hof dat niet vast is komen te staan dat de dochter in strijd met het belang van de ouders heeft gehandeld en dat de door de dochter aangevoerde feiten en omstandigheden dat zij haar positie binnen de onderneming ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.