Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 1024/2013 waarbij aan de Europese Centrale Bank specifieke taken worden opgedragen betreffende het beleid inzake het prudentieel toezicht op kredietinstellingen
Artikel 2 Definities
Geldend
Geldend vanaf 03-11-2013
- Bronpublicatie:
15-10-2013, PbEU 2013, L 287 (uitgifte: 29-10-2013, regelingnummer: 1024/2013)
- Inwerkingtreding
03-11-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-10-2013, PbEU 2013, L 287 (uitgifte: 29-10-2013, regelingnummer: 1024/2013)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
In deze verordening wordt verstaan onder:
- 1.
‘deelnemende lidstaat’: een lidstaat die de euro als munt heeft of een lidstaat die niet de euro als munt heeft en die een nauwe samenwerking overeenkomstig artikel 7 is aangegaan;
- 2.
‘nationale bevoegde autoriteit’: een nationale bevoegde autoriteit die door een deelnemende lidstaat is aangewezen overeenkomstig Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende prudentiële vereisten voor kredietinstellingen en belegginsondernemingen (1) en Richtlijn 2013/36/EU;
- 3.
‘kredietinstelling’: een kredietinstelling als gedefinieerd in artikel 4, lid 1, punt 1, van Verordening (EU) nr. 575/2013;
- 4.
‘financiële holding’: een financiële holding als gedefinieerd in artikel 4, lid 1, punt 20, van Verordening (EU) nr. 575/2013;
- 5.
‘gemengde financiële holding’: een gemengde financiële holding als gedefinieerd in artikel 2, punt 15, van Richtlijn 2002/87/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2002 betreffende het aanvullende toezicht op kredietinstellingen, verzekeringsondernemingen en beleggingsondernemingen in een financieel conglomeraat (2);
- 6.
‘financieel conglomeraat’: een financieel conglomeraat als gedefinieerd in artikel 2, punt 14, van Richtlijn 2002/87/EG;
- 7.
‘nationale aangewezen autoriteit’: een aangewezen autoriteit van een deelnemende lidstaat, in de zin van het toepasselijke Unierecht;
- 8.
‘gekwalificeerde deelneming’: een gekwalificeerde deelneming als gedefinieerd in artikel 4, lid 1, punt 36, van Verordening (EU) nr. 575/2013;
- 9.
‘één gemeenschappelijk toezichtsmechanisme’ (GTM): het syteem voor financieel toezicht dat bestaat uit de ECB en nationale bevoegde autoriteiten van deelnemende lidstaten als omschreven in artikel 6 van deze verordening.