Einde inhoudsopgave
Besluit informatievoorziening WPO/WEC
Artikel 2 Nadere invulling van de onderdelen van het jaarverslag
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2022
- Bronpublicatie:
09-12-2021, Stb. 2022, 4 (uitgifte: 04-01-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-04-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
08-03-2022, Stb. 2022, 114 (uitgifte: 16-03-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Primair onderwijs
Onderwijsrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Het jaarverslag, bedoeld in artikel 165 van de Wet op het primair onderwijs dan wel artikel 141 van de Wet op de expertisecentra, wordt ingericht overeenkomstig bij ministeriële regeling vast te stellen regels.
2.
In het bestuursverslag, bedoeld in artikel 165, eerste lid, onderdeel a, van de Wet op het primair onderwijs dan wel artikel 141, eerste lid, onderdeel a, van de Wet op de expertisecentra, geeft het bevoegd gezag informatie over de school of scholen, en geeft het samenwerkingsverband of de centrale dienst informatie over de rechtspersoon. Onder informatie over de school of scholen respectievelijk de rechtspersoon wordt in ieder geval begrepen informatie over:
- a.
de kernactiviteiten die onder verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag, het samenwerkingsverband of de centrale dienst hebben plaatsgevonden, en de daarbij behorende kerngegevens die, voor zover van toepassing, in ieder geval betrekking hebben op ontwikkelingen ten aanzien van leerlingen, personeel, aangesloten dan wel betrokken bevoegde gezagsorganen en op financiën, voor zover niet opgenomen in de jaarrekening;
- b.
de juridische structuur;
- c.
de organisatiestructuur;
- d.
belangrijke onderdelen van het gevoerde beleid, en
- e.
de financiën, bestaande uit tenminste een analyse van de financiële situatie, onderbouwd met financiële kengetallen waaronder begrepen gegevens over de solvabiliteits- en liquiditeitspositie per balansdatum, de rentabiliteit en de streefwaarden.
3.
Het bevoegd gezag, het samenwerkingsverband of de centrale dienst verzendt voor 1 juli van het jaar volgend op het kalenderjaar waarop het jaarverslag betrekking heeft, aan Onze minister de desbetreffende jaarrekening, bedoeld in artikel 165, eerste lid, onderdeel b, van de Wet op het primair onderwijs dan wel artikel 141, eerste lid, onderdeel b, van de Wet op de expertisecentra, alsmede de gegevens bedoeld in het tweede lid, onder e. Het cijfermatige deel uit de jaarrekening wordt gelijktijdig ook elektronisch verzonden.
4.
Bij ministeriële regeling kan Onze minister voor de jaarrekening, bedoeld in het derde lid, alsmede voor de grondslagen daarvan een model vaststellen.
5.
Het bevoegd gezag vermeldt in de schoolgids, bedoeld in artikel 13 van de Wet op het primair onderwijs, dan wel artikel 22 van de Wet op de expertisecentra, wanneer het jaarverslag wordt vastgesteld of goedgekeurd en hoe derden het kunnen verkrijgen.