NJB 2016/2318
Volstaan met opgave van bewijsmiddelen bij bekentenis verdachte van het bewezenverklaarde in een geval waarin het gaat om roekeloosheid, art. 359 lid 3 Sv: i.c. dekt de bekennende verklaring van verdachte niet alle eisen af die worden gesteld aan een bewezenverklaring van roekeloosheid in de zin van art. 6 jo art. 175 lid 3 WVW 1994
HR 06-12-2016, ECLI:NL:HR:2016:2773
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
6 december 2016
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, E.F. Faase en M.J. Borgers
- Zaaknummer
15/01499
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:2773, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 06‑12‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:1209, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 25‑10‑2016
- Wetingang
(art. 359 Sv)
Essentie
Volstaan met opgave van bewijsmiddelen bij bekentenis verdachte van het bewezenverklaarde in een geval waarin het gaat om roekeloosheid, art. 359 lid 3 Sv: i.c. dekt de bekennende verklaring van verdachte niet alle eisen af die worden gesteld aan een bewezenverklaring van roekeloosheid in de zin van art. 6 jo art. 175 lid 3 WVW 1994
Uitspraak
Inleiding:
Verdachte is veroordeeld wegens – kort gezegd – (feit 1) overtreding van artikel 6 WVW 1994, terwijl de schuld bestaat in roekeloosheid en het een ongeval betreft waardoor een ander lichamelijk letsel wordt toegebracht en terwijl de schuldige verkeerde in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.