JWB 2014/281
Huur bedrijfsruimte
HR 27-06-2014, ECLI:NL:HR:2014:1538
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
27 juni 2014
- Zaaknummer
13/04168
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Rechter
Verbintenissenrecht (V)
Staatsrecht / Rechtspraak
Huurrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:1538, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 27‑06‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:363, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑04‑2014
- Wetingang
Essentie
Huur bedrijfsruimte
Samenvatting
Casus:
Deze zaak betreft het bewijs van een van de schriftelijke huurovereenkomst afwijkende afspraak over de verschuldigdheid van de huur.
Rechtsvraag:
Heeft het hof terecht een gedaan bewijsaanbod genegeerd?
Beslissing:
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 lid 1 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
Partij(en)
27 juni 2014
Eerste Kamer
nr. 13/04168
LZ/AS
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van: ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.