Besluit nr. S8 (2011/C 262/06) betreffende de toekenning van prothesen, hulpmiddelen van grotere omvang en andere belangrijke verstrekkingen zoals voorgeschreven in artikel 33 van Verordening (EG) nr. 883/2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels
Aanhef
Geldend
Geldend vanaf 06-09-2011
- Redactionele toelichting
De datum van inwerkingtreding is de datum van het Publicatieblad.
- Bronpublicatie:
15-06-2011, PbEU 2011, C 262 (uitgifte: 06-09-2011, regelingnummer: S8 2011/C262/06)
- Inwerkingtreding
06-09-2011
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-06-2011, PbEU 2011, C 262 (uitgifte: 06-09-2011, regelingnummer: S8 2011/C262/06)
- Vakgebied(en)
Internationale sociale zekerheid / Zorgaanspraken
Sociale zekerheid ziektekosten / Bijzondere onderwerpen
(voor de EER en voor de overeenkomst Europese Gemeenschap/Zwitserland relevante tekst)
Besluit van 15 juni 2011 betreffende de toekenning van prothesen, hulpmiddelen van grotere omvang en andere belangrijke verstrekkingen zoals voorgeschreven in artikel 33 van Verordening (EG) nr. 883/2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels
DE ADMINISTRATIEVE COMMISSIE VOOR DE COÖRDINATIE VAN DE SOCIALEZEKERHEIDSSTELSELS,
Gezien artikel 72, onder a), van Verordening (EG) nr. 883/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels (1), uit hoofde waarvan de Administratieve Commissie verantwoordelijk is voor de behandeling van alle vraagstukken van administratieve of interpretatieve aard die voortvloeien uit de bepalingen van Verordening (EG) nr. 883/2004 en Verordening (EG) nr. 987/2009(2),
Gezien artikel 33, lid 2, van Verordening (EG) nr. 883/2004,
Handelend overeenkomstig artikel 71, lid 2, tweede alinea, van Verordening (EG) nr. 883/2004,
Overwegende hetgeen volgt:
- (1)
Artikel 33, lid 1, van Verordening (EG) nr. 883/2004 vormt een beschermingsclausule die moet worden toegepast tijdens een periode die onmiddellijk volgt op het moment waarop een andere wetgeving op de betrokken persoon van toepassing wordt.
- (2)
Het genoemde artikel is van toepassing wanneer een persoon zijn/haar recht op verstrekkingen bij ziekte die op maat van zijn/haar behoeften zijn gemaakt en die worden verleend of die zijn toegekend maar nog niet verleend, kan verliezen doordat een andere wetgeving van toepassing wordt.
- (3)
Een dergelijk verlies moet als onevenredig worden beschouwd, gezien de aard van de verstrekking en de medische situatie van de betrokkene,
BESLUIT:
Voetnoten
PB L 166 van 30.4.2004, blz. 1 (gerectificeerd in PB L 200 van 7.6.2004, blz. 1).
Verordening (EG) nr. 987/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 tot vaststelling van de wijze van toepassing van Verordening (EG) nr. 883/2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels, PB L 284 van 30.10.2009, blz. 1.