Tegen deze beschikking kan - voor zover er definitief is beslist - door tussenkomst van een advocaat hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Den Haag. De verzoekende partij en verschenen belanghebbenden dienen het hoger beroep binnen de termijn van drie maanden na de dag van de uitspraak in te stellen. Andere belanghebbenden dienen het beroep in te stellen binnen drie maanden na de betekening van deze beschikking of nadat deze hun op andere wijze bekend is geworden.
Rb. Rotterdam, 23-05-2022, nr. C/10/637814 / HA RK 22-463
ECLI:NL:RBROT:2022:4034
- Instantie
Rechtbank Rotterdam
- Datum
23-05-2022
- Zaaknummer
C/10/637814 / HA RK 22-463
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBROT:2022:4034, Uitspraak, Rechtbank Rotterdam, 23‑05‑2022; (Beschikking)
- Vindplaatsen
ERF-Updates.nl 2022-0154
JERF Actueel 2022/185
Uitspraak 23‑05‑2022
Inhoudsindicatie
Benoeming vereffenaar op verzoek van een hypotheekverstrekker. Enige erfgenaam heeft tegen deze benoeming geen bezwaar. Artikel 4:203 lid 1 onder b BW.
Partij(en)
beschikking
RECHTBANK ROTTERDAM
Team handel en haven
Zittingsplaats Rotterdam
zaaknummer / rekestnummer: C/10/637814 / HA RK 22-463
Beschikking van 23 mei 2022
in de zaak van
QUION 9 B.V., tevens handelend als gevolmachtigde van Hypotrust 9 B.V.,
gevestigd te Rotterdam,
verzoekster,
advocaat mr. J. van der Wende te Rosmalen.
Belanghebbende:
- [naam belanghebbende], h.o.d.n. [handelsnaam], kantoorhoudende te [plaatsnaam 1], in haar hoedanigheid van bewindvoerder over de goederen die (zullen) toebehoren aan [naam 1].
1. Het procesverloop
1.1.
Op 6 mei 2022 is bij de rechtbank ingekomen het verzoekschrift van verzoekster om een vereffenaar te benoemen ex artikel 4:203 BW, met producties.
1.2.
De rechtbank heeft op grond van de inhoud van het verzoekschrift besloten om zonder mondelinge behandeling uitspraak te doen.
2. De vaststaande feiten
2.1.
Op 18 september 2021 is te [plaatsnaam 2] overleden [naam erflater], geboren op [geboortedatum erflater] te [geboorteplaats erflater], laatstelijk wonende op het adres [adres erflater] (hierna: erflater).
2.2.
Uit het Centraal Testamentenregister blijkt dat erflater geen testament heeft opgemaakt. Erflater was ten tijde van zijn overlijden ongehuwd en niet geregistreerd als partner. De kinderen en kleinkinderen van erflater hebben volgens het boedelregister de nalatenschap van erflater verworpen. De ouders van erflater zijn vooroverleden. De enige zus van erflater, [naam 2], is op 29 mei 2021 overleden. Haar dochter, [naam 3], is op 13 oktober 2015 overleden. [naam 3] heeft een zoon achtergelaten, genaamd [naam 1] (hierna: [naam 1]). [naam 1] is de enige erfgenaam van erflater.
2.3.
[naam 1] heeft de nalatenschap van erflater op 23 maart 2022 beneficiair aanvaard.
2.4.
De goederen die (zullen) toebehoren aan [naam 1] staan onder bewind van [naam belanghebbende], h.o.d.n. [handelsnaam] (hierna: belanghebbende).
2.5.
Erflater is eigenaar van de woning aan de [adres erflater] (hierna: de woning). Hij heeft de woning in 1998 gekocht samen met zijn echtgenote, [naam 4] (hierna: [naam 4]). [naam 4] is op 8 april 2017 overleden. Zij had geen testament opgemaakt blijkens het Centraal Testamentenregister, zodat erflater en hun twee kinderen de erfgenamen van [naam 4] zijn. Gelet op artikel 4:13 BW heeft erflater als langstlevende het volledige eigendom van de woning verworven.
2.6.
Verzoekster heeft bij notariële aktes van 19 december 2000 en 18 juni 2001 overeenkomsten van hypothecaire geldleningen gesloten met erflater en [naam 4]. Erflater en [naam 4] hebben aan verzoekster het recht van eerste en tweede hypotheek verleend op de woning.
2.7.
Op 3 november 2017 heeft erflater de tenaamstelling van de hypothecaire geldleningen laten wijzingen op enkel zijn naam.
3. Het verzoek
3.1.
Het verzoek strekt tot benoeming van [naam 5] tot vereffenaar van de nalatenschap van erflater, kosten rechtens.
3.2.
Aan het verzoek heeft verzoekster het volgende ten grondslag gelegd. Door het overlijden van erflater is de hoofdsom van de hypothecaire geldlening met rente terstond opeisbaar geworden. Per 3 mei 2022 bedraagt de hoofdsom € 181.911,85. Verzoekster is bevoegd om de woning executoriaal te verkopen, maar dat heeft niet haar voorkeur omdat onderhandse verkoop door een vereffenaar een hogere opbrengst kan opleveren. Op de woning rust tevens een executoriaal beslag van Defam B.V. Belanghebbende schiet tekort in het beheer van de nalatenschap en wikkelt deze niet behoorlijk af. Belanghebbende heeft aangegeven dat [naam 1] niet over voldoende middelen beschikt om de nalatenschap te vereffenen. Verzoekster heeft belang bij (executoriale) verkoop van de woning en de eventueel daarin nog aanwezige roerende zaken, zodat zij de rechtbank verzoekt een vereffenaar te benoemen.
4. De beoordeling
4.1.
Erflater woonde op het moment dat hij overleed in [adres erflater]. Gelet op deze woonplaats is de rechtbank Rotterdam, op grond van artikel 268 lid 1 Rv, bevoegd om van dit verzoek kennis te nemen.
4.2.
Het feit dat de nalatenschap van erflater door [naam 1] beneficiair is aanvaard, brengt mee dat belanghebbende, als zijn bewindvoerder, gehouden is de nalatenschap op de wettelijk voorgeschreven wijze te vereffenen. Op grond van artikel 4:203 lid 1 onder b BW kan de rechtbank na aanvaarding onder voorrecht van boedelbeschrijving een vereffenaar benoemen op verzoek van een belanghebbende of van het openbaar ministerie, wanneer hij die met het beheer der nalatenschap belast is in ernstige mate in de vervulling van zijn verplichtingen tekortschiet, daartoe ongeschikt is of niet voldoet aan een last tot zekerheidstelling, wanneer de schulden der nalatenschap de baten blijken te overtreffen, of wanneer tot een verdeling van de nalatenschap wordt overgegaan voordat deze vereffend is.
4.3.
Verzoekster is gelet op de hypothecaire geldlening belanghebbende bij dit verzoek. Door het overlijden van erflater is de hoofdsom van de hypothecaire geldlening met de rente immers terstond opeisbaar geworden, zodat zij schuldeiser is. Verzoekster heeft voorts voldoende onderbouwd dat er een grond is om een vereffenaar te benoemen, namelijk omdat de nalatenschap thans niet beheerd wordt. Niet gebleken is immers dat belanghebbende, als bewindvoerder van [naam 1], actie heeft ondernomen om de nalatenschap van erflater te vereffenen. Ook is het op dit moment onduidelijk of de schulden de baten overtreffen. De WOZ-waarde van de woning bedraagt weliswaar € 240.000,- per 1 januari 2021, maar onduidelijk is of er waardeverminderende aspecten aanwezig zijn in de woning. Ook is het onduidelijk of er nog andere schuldeisers zijn. Er rust in ieder geval een executoriaal beslag van Defam B.V. op de woning. Als een vereffenaar benoemd wordt, dan kan een vereffenaar de woning onderhands verkopen en op die manier een zo hoog mogelijke opbrengst genereren waardoor zowel de hypothecaire schulden, maar ook eventueel andere schuldeisers kunnen worden afgelost.
4.4.
Belanghebbende heeft aan verzoekster per e-mailbericht van 14 april 2022 laten weten geen bezwaar te hebben tegen de benoeming van een vereffenaar.
4.5.
Gelet op wat hiervoor is overwogen en omdat belanghebbende geen bezwaar heeft tegen de benoeming van een vereffenaar, is de rechtbank van oordeel dat er voldoende grond is om een vereffenaar te benoemen in de nalatenschap van erflater. Het verzoek zal daarom worden toegewezen.
4.6.
Verzoekster heeft voorgesteld om [naam 5] tot vereffenaar te benoemen. Blijkens de verklaring van 3 mei 2022 heeft zij zich bereid verklaard de benoeming tot vereffenaar van de nalatenschap van erflater te aanvaarden. Belanghebbende heeft geen bezwaar hiertegen. Gelet hierop zal de rechtbank [naam 5] tot vereffenaar benoemen. De vereffenaar dient de benoeming bekend te maken in de (digitale) Staatscourant.
4.7.
Het verzoek met betrekking tot de kosten van dit verzoek wordt afgewezen, omdat daar nu geen grond voor is. Deze dienen te zijner tijd separaat aan de kantonrechter te worden voorgelegd.
5. De beslissing
De rechtbank
benoemt [naam 5], kantoorhoudende te SWG Advocaten aan de [adres kantoor] (postadres: Postbus [postbus]), tot vereffenaar in de nalatenschap van:
[naam erflater] ,
geboren te [geboorteplaats erflater] op [geboortedatum erflater],
laatstelijk wonende te [adres erflater],
overleden op 18 september 2021 te [plaatsnaam 2],
verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
verzoekt de griffier de benoeming onverwijld in te schrijven in het boedelregister van de rechtbank op voet van het bepaalde in artikel 4:206 lid 6 BW;
verzoekt de griffier de kantonrechter te Rotterdam, locatie Rotterdam, op de hoogte te stellen van deze benoeming;
draagt de vereffenaar op zijn benoeming bekend te maken in de (digitale) Staatscourant;
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mr. C. van Steenderen-Koornneef en in het openbaar uitgesproken op 23 mei 2022.1.
3120
Voetnoten
Voetnoten Uitspraak 23‑05‑2022