RSV 2019/205
Partnerschap of niet. Huur- en onderhuurovereenkomst
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
3 juli 2019
- Magistraten
Mr. N. Verheij
- Zaaknummer
201810335/1/A2
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Sociale zekerheid kinderen en jongeren / Studiefinanciering
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2019:2163, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 03‑07‑2019
- Wetingang
Art. 3 Awir
Essentie
Partnerschap of niet. Huur- en onderhuurovereenkomst
Samenvatting
Belanghebbende stond in 2018 met haar zus en haar minderjarig kind op hetzelfde adres ingeschreven. De situatie van belanghebbende valt daarmee binnen het bereik van artikel 3, tweede lid, letter e, Awir (partnerschap). De vraag naar de uitzondering voor onderhuur wordt door de Afdeling negatief beantwoord: beide dames staan als huurder op het huurcontract. Dan kan een ervan niet ook nog eens onderhuren.
Partij(en)
Uitspraak op het hoger beroep van:
[Appellante],
tegen
De uitspraak van de rechtbank Overijssel van 15 november 2018 in zaak nr. 18/835 in het geding tussen:
[Appellante] ...