Invoerings- en aanpassingswet Wet op het financieel toezicht
Einde inhoudsopgave
Invoerings- en aanpassingswet Wet op het financieel toezicht:Artikel 59 [Vergunning elektronischgeldinstelling]
Invoerings- en aanpassingswet Wet op het financieel toezicht
Artikel 59 [Vergunning elektronischgeldinstelling]
Geldend
Documentgegevens:
Geldend vanaf 01-01-2007
- Bronpublicatie:
20-11-2006, Stb. 2006, 605 (uitgifte: 01-01-2006, kamerstukken: 30658)
- Inwerkingtreding
01-01-2007
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-12-2006, Stb. 2006, 664 (uitgifte: 01-01-2006, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Ondernemingsrecht / Economische ordening
Een financiële onderneming die op het tijdstip waarop artikel 112a van de Wet toezicht kredietwezen 1992 in werking trad, in Nederland het bedrijf van elektronischgeldinstelling uitoefende, wordt vanaf het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet op het financieel toezicht geacht te beschikken over een vergunning als bedoeld in 2:11, eerste lid, van laatstgenoemde wet.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.