V-N 2018/66.20
Coca-Cola moet aantonen dat afnamebeding geen of slechts gering profijt oplevert
HR 07-12-2018, ECLI:NL:HR:2018:2257
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
7 december 2018
- Magistraten
Du Perron, Snijders, Streefkerk, Kroeze, Wattendorff
- Zaaknummer
17/05131
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS930089:1
- Vakgebied(en)
Invordering / Algemeen
Invordering / Dwanginvordering
Invordering / Verhaalsrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:2257, Uitspraak, Hoge Raad, 07‑12‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:1075, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑09‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 01‑11‑2017
- Wetingang
art. 22 lid 3 IW 1990; art. 22.8.10 Leidraad IW 2008
Essentie
De civiele kamer van de Hoge Raad oordeelt dat de ontvanger ermee kan volstaan aan te tonen dat is voldaan aan de voorwaarden voor toepassing van de afnamebedingregel. Het is aan Coca-Cola om aan te tonen dat het afnamebeding geen of slechts een gering profijt oplevert.
Samenvatting
Coca-Cola European Partners Nederland bv sluit een samenwerkingsovereenkomst met A. A drijft een horecagelegenheid in Breda. Coca-Cola en A sluiten bruikleenovereenkomsten voor de apparaten die Coca-Cola in bruikleen geeft aan A. Ter invordering van aanslagen loonheffing legt de ontvanger executoriaal beslag ten laste van A op de bedrijfsinventaris in de horecagelegenheid ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.