Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2009/45/EG inzake veiligheidsvoorschriften en -normen voor passagiersschepen
Artikel 13 Certificaten
Geldend
Geldend vanaf 20-12-2017
- Redactionele toelichting
Wordt toegepast vanaf 21-12-2019
- Bronpublicatie:
15-11-2017, PbEU 2017, L 315 (uitgifte: 30-11-2017, regelingnummer: 2017/2108)
- Inwerkingtreding
20-12-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-11-2017, PbEU 2017, L 315 (uitgifte: 30-11-2017, regelingnummer: 2017/2108)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Openbare orde en veiligheid / Preventie
Vervoersrecht / Zeevervoer
1.
Alle nieuwe en bestaande passagiersschepen die aan de eisen van deze richtlijn voldoen, moeten beschikken over een veiligheidscertificaat voor passagiersschepen dat strookt met deze richtlijn. Dit certificaat dient de in bijlage II vastgelegde vorm te hebben. Dit certificaat wordt afgegeven door de administratie van de vlaggenstaat nadat het eerste onderzoek als omschreven in artikel 12, lid 1, punt a), heeft plaatsgevonden.
2.
Het veiligheidscertificaat voor passagiersschepen wordt afgegeven voor een periode van ten hoogste twaalf maanden. De geldigheidsduur van het certificaat mag door de administratie van de vlaggenstaat worden verlengd met ten hoogste één maand, aanvangende op de vervaldatum die op het certificaat vermeld is. Wanneer een verlenging is verleend, vangt de nieuwe geldigheidsperiode aan op de vervaldatum die op het bestaande certificaat vermeld stond, voordat het werd verlengd.
Een nieuw veiligheidscertificaat voor passagiersschepen wordt afgegeven, nadat een periodiek onderzoek, als omschreven in artikel 12, lid 1, onder b), en lid 2, onder b), heeft plaatsgevonden.
3.
Voor hogesnelheidspassagiersvaartuigen die voldoen aan de High Speed Craft Code, moet een veiligheidscertificaat voor hogesnelheidsvaartuigen en een exploitatievergunning voor hogesnelheidsvaartuigen worden afgegeven door de administratie van de vlaggenstaat overeenkomstig de bepalingen van die Code.
Voor hogesnelheidspassagiersvaartuigen die voldoen aan de eisen van de DSC-code wordt door de administratie van de vlaggenstaat een DSC-bouw- en uitrustingscertificaat alsmede een DSC-exploitatievergunning afgegeven, overeenkomstig de bepalingen.
Voordat zij de exploitatievergunning afgeeft voor hogesnelheidspassagiersvaartuigen die worden gebruikt voor binnenlandse reizen in een havenstaat, overlegt de administratie van de vlaggenstaat met de havenstaat over eventuele operationele voorwaarden waaronder de exploitatie van dat vaartuig in die staat moet plaatsvinden. Deze voorwaarden moeten door de administratie van de vlaggenstaat worden vermeld op de exploitatievergunning.
4.
Overeenkomstig artikel 9, leden 1, 2 en 3, moeten voor schepen of vaartuigen ingestelde aanvullende veiligheidsmaatregelen, gelijkwaardige maatregelen en vrijstellingen op het certificaat van het schip of van het vaartuig worden vermeld.