Voor zover niet anders vermeld, wordt in de hierna volgende voetnoten telkens verwezen naar bewijsmiddelen die zich in het aan deze zaak ten grondslag liggende proces-verbaal, nummer PL0981 2011285518, bevinden, volgens de in dat dossier toegepaste nummering (pagina 1 tot en met 229) en het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt door [verbalisant 1] , d.d. 24 februari 2015 (pagina 1 tot en met 6 en de bijlagen 1 en 2). Tenzij anders vermeld, gaat het daarbij om processen-verbaal, in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren.Voor zover het gaat om geschriften als bedoeld in artikel 344.1.5° Wetboek van Strafvordering, worden deze alleen gebruikt in verband met de inhoud van andere bewijsmiddelen.
Rb. Midden-Nederland, 18-03-2015, nr. 16-661828-13
ECLI:NL:RBMNE:2015:5617
- Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
- Datum
18-03-2015
- Zaaknummer
16-661828-13
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBMNE:2015:5617, Uitspraak, Rechtbank Midden-Nederland, 18‑03‑2015; (Eerste aanleg - meervoudig, Op tegenspraak)
Uitspraak 18‑03‑2015
Inhoudsindicatie
Kinderporno en seksuele handelingen voor webcam. Uitgebreide motivering op verweer van verdachte dat hij gehackt zou zijn.
Partij(en)
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
Afdeling Strafrecht
Zittingslocatie Utrecht
Parketnummer: 16/661828-13 (P)
Vonnis van de meervoudige strafkamer van 18 maart 2015
in de strafzaak tegen
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [1973] ,
ingeschreven in de Basisregistratie Personen op het adres
[adres] , [postcode] [woonplaats] .
1. Het onderzoek ter terechtzitting
Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 4 maart 2015.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en van wat verdachte en zijn raadsman, mr. E.H. Bokhorst, naar voren hebben gebracht.
2. Tenlastelegging
De tenlastelegging is op de zitting gewijzigd.
De tenlastelegging is, met wijziging, als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
Feit 1: de 14-jarige [slachtoffer] heeft gedwongen seksuele handelingen te verrichten voor de webcam
en/of
de 14-jarige [slachtoffer] heeft verleid om seksuele handelingen te verrichten voor de webcam;
Feit 2: kinderpornografische afbeeldingen en films in zijn bezit heeft gehad;
Feit 3: een katapult voorhanden heeft gehad.
3. Voorvragen
De dagvaarding is geldig, deze rechtbank is bevoegd tot kennisneming van de ten laste gelegde feiten en de officier van justitie is ontvankelijk. Er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.
4. Waardering van het bewijs
4.1
Het standpunt van het Openbaar Ministerie
De officier van justitie heeft gevorderd dat de onder 1 ten laste gelegde aanranding en verleiding wettig en overtuigend bewezen kunnen worden verklaard. Ten aanzien van feit 2 heeft de officier van justitie gevorderd verdachte vrij te spreken van het bezit van de aangetroffen afbeeldingen, nu een deel van de afbeeldingen op een onbekend tijdstip is gedeletet en een ander deel van de afbeeldingen slechts tijdelijk is opgeslagen. Het bezit van de films 1 tot en met 4 kan wettig en overtuigend bewezen worden verklaard. Voor het bezit van film 5 heeft de officier van justitie vrijspraak gevorderd, omdat onduidelijk is hoe deze film op de computer van verdachte is terechtgekomen.
Ook voor het onder 3 ten laste gelegde feit heeft de officier van justitie bewezenverklaring gevorderd.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft betoogd dat verdachte van feit 1 moet worden vrijgesproken, omdat het IP-adres het enige bewijsmiddel is dat een aanwijzing is voor een betrokkenheid van verdachte. De gegevens die bij de betreffende chatsessie gebruikt zijn, zijn niet aangetroffen op de computer van verdachte. Kennelijk heeft een andere persoon gebruik gemaakt van het IP-adres van verdachte.
Ook voor feit 2 heeft de raadsman vrijspraak bepleit. Niet valt uit te sluiten, ook niet door de deskundige die door de rechtbank is gehoord, dat de computer van verdachte is gehackt. Het staat niet vast dat de fysieke gebruiker de afbeeldingen moet hebben gedownload. Ook gebruikmaking van een extern bureaublad behoort tot de mogelijkheden. De mogelijkheid dat een hacker deze kinderpornografische foto’s en films heeft gedownload, kan dus nog steeds niet worden uitgesloten. Uit de vermoedelijke downloaddatum van één van de bestanden kan worden afgeleid dat deze niet door verdachte is gedownload, omdat hij op dat moment aan het werk was in Kootwijkerbroek. Daarnaast is het mogelijk dat een ander gebruik heeft gemaakt van de op de computer van verdachte aanwezige file- en webserverprogramma’s.
Ten aanzien van de bewezenverklaring van feit 3 heeft de raadsman zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
4.3
Het oordeel van de rechtbank1.
4.3.1
Het bewijs ten aanzien van feit 1
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de onder 1 ten laste gelegde feitelijke aanranding van de eerbaarheid heeft gepleegd op grond van de volgende bewijsmiddelen.
[slachtoffer] heeft verklaard dat zij door iemand met de naam “ [naam] ” werd uitgenodigd om op msn te gaan. Die persoon zei tegen [slachtoffer] dat ze zich moest vingeren voor de webcam.2.Hij zei op 23 oktober 2011 tegen [slachtoffer] dat als zij niet deed wat hij zei, hij dan haar zusje lastig ging vallen.3.[slachtoffer] wilde niet dat hij haar zusje zou lastigvallen.4.Hij zei ook tegen [slachtoffer] dat hij naar haar woonplaats zou komen. [slachtoffer] moest van hem haar cam aanzetten en moest zichzelf gaan vingeren. [slachtoffer] heeft haar cam uitgezet en heeft het onderste deel van haar kleding uitgedaan.5.[slachtoffer] verklaart dat ze zichzelf heeft gevingerd om haar zusje te beschermen.6.Ze heeft zichzelf twee keer gevingerd.7.
Uit onderzoek blijkt dat de berichten van de gebruiker “ [naam] ” en het e-mailadres [e-mailadres 1] afkomstig zijn van een computer met het volgende IP-adres: [IP-adres] .8.Dit IP-adres staat op naam van mw./dhr. [verdachte] , [adres] te [woonplaats] .9.
Op 19 oktober 2011 stuurt “ [naam] ” een bericht aan [e-mailadres 2] :
Ik weet dat je in Gorinchem woont en dat je een zusje hebt en die heet [A] en ik alles op face en hyves zetten met je naam en alles er bij dus kom terug.10.
Op 26 oktober 2011 stuurt “ [naam] ” een bericht aan [e-mailadres 2] :
Als je nie online komt dan ga ik je zusje lastig vallen.11.
Op 27 oktober 2011 stuurt “ [naam] ” een bericht aan [e-mailadres 2] :
zal ik [B] de filmpje en fotos laten zien?.12.
[B] is een buurmeisje.13.
Uit de MSN-geschiedenis blijkt dat in de periode van 15 oktober 2011 tot en met 12 november 2011 steeds gebruik gemaakt wordt van hetzelfde IP-adres.14.
De onder verdachte in beslag genomen laptop, merk Asus15., is door de politie onderzocht.16.Op deze laptop is een aantal fragmenten van Skype-chatgesprekken aangetroffen. Deze bevonden zich op een gebruikersaccount met de naam “ [verdachte] ”. Daarbij wordt gebruik gemaakt van de nickname “ [bijnaam] ”.17.Op 16 april 2012 vindt een gesprek plaats met een persoon, genaamd [C] . [bijnaam] dreigt [C] dat hij aan iedereen op Facebook, MSN, Skype, Habbo, Hyves en Facebook een foto van haar zal laten zien. [C] vraagt of hij dat niet wil doen. [bijnaam] vraagt of zij haar webcam aan wil doen en zegt dat hij de foto’s niet door zal sturen als zij zich vingert. Hij vraagt haar bloot op bed te gaan liggen en zichzelf te vingeren.18.Hij spoort haar aan de webcam aan te zetten en telt af van 10 naar 0 seconden.19.Op 14 mei 2012 heeft de gebruiker contact met [D] . Hij zegt dat hij haar borsten en haar ‘poes’ wil zien en dreigt dat hij haar computer zal hacken.20.
Bewijsoverwegingen ten aanzien van feit 1
De raadsman heeft betoogd dat een ander dan verdachte de gesprekken met [slachtoffer] moet hebben gevoerd en daarbij gebruik heeft gemaakt van het IP-adres van verdachte. De rechtbank volgt dat betoog niet. Weliswaar zijn de betreffende gesprekken met [slachtoffer] niet aangetroffen op de laptop van verdachte, maar er zijn wel andere Skype-gesprekken op deze laptop aangetroffen. In deze Skype-gesprekken wordt aan meisjes/vrouwen gevraagd zichzelf bloot voor de webcam te laten zien en bij zichzelf seksuele handelingen te verrichten. Als zij dit weigeren, wordt gedreigd met het hacken van hun computer en het verspreiden van foto’s op social media en internet. Deze handelwijze is identiek aan de gesprekken die zijn gevoerd met [slachtoffer] . De verklaring van verdachte dat een ander persoon, gebruik makend van het IP-adres van verdachte, contact heeft gehad met [slachtoffer] is niet aannemelijk geworden. Van belang daarbij is dat de Skype-gesprekken op de laptop van verdachte zijn aangetroffen. Dit zou niet het geval zijn geweest indien de chatgesprekken zouden zijn gevoerd door een andere persoon vanaf diens computer, maar gebruik makend van het IP-adres van verdachte. Gelet hierop, en in aanmerking genomen de grote overeenkomsten tussen de MSN-gesprekken met [slachtoffer] en de Skype-gesprekken, leidt de rechtbank tot het oordeel dat het verdachte is geweest die vanaf zijn IP-adres zowel de MSN-gesprekken met [slachtoffer] als de Skype-gesprekken heeft gevoerd.
De rechtbank acht niet aannemelijk dat de gesprekken met [slachtoffer] door een hacker zijn gevoerd. Dit verweer wordt hieronder verder besproken bij het onderdeel “Bewijsoverwegingen ten aanzien van feit 2”, waarnaar de rechtbank op deze plaats verwijst.
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de onder feit 1 ten laste gelegde feitelijke aanranding van de eerbaarheid heeft gepleegd. De rechtbank zal verdachte vrijspreken van de onder 1 ten laste gelegde verleiding. Uit het dossier blijkt weliswaar dat verdachte zich heeft voorgedaan als een 13-jarig meisje dan wel als een 19-jarige jongen, maar niet is gebleken dat [slachtoffer] door die specifieke omstandigheden is bewogen de seksuele handelingen te verrichten.
4.3.2
Het bewijs ten aanzien van feit 2
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de onder 2 ten laste gelegde heeft gepleegd op grond van de volgende bewijsmiddelen.
Op 2 juli 2012 heeft een doorzoeking plaatsgevonden in de woning van verdachte aan het [straatnaam] in [woonplaats] .21.In de rugzak van verdachte werd een computer, merk Asus, aangetroffen. Deze computer, met voorwerpnummer 616194, werd in beslag genomen.22.Door de politie is naar deze computer, veilig gesteld onder SIN-nummer AAEA3352NL, onderzoek gedaan.23.Op deze computer werden 5 kinderpornografische films aangetroffen.24.
Op de eerste film is te zien dat een volwassen man bij een meisje in de ogenschijnlijke leeftijd tussen de 2 en 5 jaar oud, zijn vingers bij haar vagina heeft en met een vinger in/tussen haar bilspleet gaat. Op de tweede film wordt een meisje in de ogenschijnlijke leeftijd tussen de 2 en 5 jaar oud door de penis van een volwassen man (vermoedelijk) in
haar vagina gepenetreerd. De derde film toont een meisje in de ogenschijnlijke leeftijd tussen de 2 en 5 jaar oud. Het meisje wordt gepenetreerd in haar vagina door een penis van een volwassen man. De vierde film laat een meisje zien in de ogenschijnlijke leeftijd tussen de 11 en 15 jaar oud. Hierop is te zien dat een hand van een ogenschijnlijk volwassen persoon aan haar borsten zit en dat de camera inzoomt op de vagina van het meisje. Aan het einde van het filmpje is te zien dat een penis van een kennelijk volwassen man in de
vagina van het meisje gaat. De vijfde film toont een meisje in de ogenschijnlijke leeftijd tussen de 13 en 17 jaar oud. Zij poseert in haar slip, pantykousen over haar knieën, schoenen met hoge hakken en een topje aan. Met haar handen betast en wrijft zij over haar borsten. De camera zoomt in op haar borsten terwijl zij haar bh tot onder haar borsten trekt en met haar vingers/handen haar borsten streelt en kneedt. De camera zoomt ook in op haar vagina, terwijl het meisje met haar handen haar slip opzij trekt en haar vingers beweegt tussen haar schaamlippen en met haar vinger in haar vagina gaat.25.
De maak- dan wel downloaddatum van film 1 tot en met 3 is 10 augustus 2011 en deze drie films zijn accessible. De vermoedelijke maak- dan wel downloaddatum van film 4 is 22 april 2012. Ook deze film is accessible. Film 5 heeft als vermoedelijke maak- dan wel downloaddatum 11 mei 2012 en is ook accessible.26.
Bewijsoverwegingen ten aanzien van feit 2
Verdachte stelt dat de kinderpornografische bestanden door toedoen van een ander op zijn computer terecht moeten zijn gekomen. Deze persoon heeft blijkbaar de computer van verdachte gehackt dan wel gebruik gemaakt van de webserverprogramma’s die op de computer van verdachte stonden.
Computer gehackt?
Naar aanleiding van deze verklaring van verdachte is door verbalisant [verbalisant 1] onderzoek gedaan naar de computer van verdachte.27.Hieruit blijkt dat 3 kinderpornografische videobestanden zijn gedownload met behulp van het programma Tribler. Het programma Tribler is verder gebruikt voor het downloaden van ODB- en PSP-software. ODB-software kan worden gebruikt voor het uitlezen van gegevens uit een auto. Dat gebeurt met behulp van een ODB-adapter. Voor een Sony Playstation Portable (PSP) kunnen spellen worden gedownload. Als de gebruiker van Tribler de gedownloade spellen wil gebruiken, dient hij zijn PlayStation aan te sluiten op de computer. De verbalisant heeft in het betreffende registerbestand (SYSTEM), in de betreffende registersleutel ( [registersleutel] ), een specifieke registersleutel ( [specifieke registersleutel] ) aangetroffen. Daarbij heeft de verbalisant opgemerkt dat het hem bekend is dat het aansluiten van een apparaat op een USB-poort tot gevolg heeft dat in de [registersleutel] -registersleutel een registratie aangemaakt kan worden met hierin het merk en type van het aangesloten apparaat, in dit geval dus Sony PSP.
Een ander kinderpornografisch videobestand is gedownload met behulp van het programma GrabIt. Dit programma is aangetroffen in het Windows gebruikersprofiel ‘ [verdachte] ’.
Gelet op de hiervoor genoemde bevindingen acht de rechtbank het onaannemelijk dat de kinderpornografische videobestanden door een hacker op de computer van verdachte zijn terecht gekomen. Met het programma Tribler is software gedownload voor een PlayStation en voor het uitlezen van een auto, waarbij alleen de fysieke gebruiker van de computer gebruik kan maken van deze gedownloade software. Er zijn bovendien aanwijzingen dat bij het gebruik van het programma Tribler op de computer van verdachte een PlayStation is aangesloten, waarvan verdachte heeft bevestigd dat hij een PlayStation heeft. De mogelijkheid dat deze software door een hacker zou zijn gedownload, acht de rechtbank bovendien onwaarschijnlijk, omdat de hacker in dat geval zelf geen gebruik zou kunnen maken van deze software. De verklaring van verdachte dat hij niet bekend is met het programma Tribler acht de rechtbank om die reden eveneens onwaarschijnlijk. Op basis van de bevindingen zijn er juist aanwijzingen dat de gebruiker van Tribler fysiek toegang had tot de computer waarop de kinderporno is aangetroffen. Het is daarom aannemelijk dat verdachte de kinderporno zelf heeft gedownload.
De verklaring van verdachte dat zijn computer zou zijn gehackt, vindt ook geen steun in de bevindingen die voortvloeien uit het onderzoek van de politie. Door de politie zijn op de computer van verdachte geen sporen aangetroffen die erop wijzen dat deze computer zou zijn gehackt. Ook is de vermeende melding die door verdachte aan de politie zou zijn gedaan van hacking niet teruggevonden in de politiesystemen. Bovendien suggereert de ontkenning van verdachte en zijn verklaring dat een hacker betrokken is bij de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten, dat deze hacker van verschillende programma’s gebruik heeft gemaakt en gedurende een lange periode actief is geweest op de computer van verdachte. Zo zou deze hacker gebruik hebben gemaakt van Tribler en GrabIt, waarmee hij kinderporno en diverse software heeft gedownload, zou hij MSN-gesprekken hebben gevoerd met [slachtoffer] (feit 1) en zou hij in de periode van 1 mei 2011 tot en met 1 juli 2012 een groot aantal en soms langdurige (seksueel getinte) Skype-gesprekken hebben gevoerd met verschillende personen. Dit alles zou plaatsgevonden hebben zonder dat verdachte hiervan op de hoogte is geraakt.
Gelet op de hiervoor genoemde feiten en omstandigheden acht de rechtbank het door verdachte geschetste alternatieve scenario dat zijn computer zou zijn gehackt, niet aannemelijk geworden
Extern bureaublad
Evenmin acht de rechtbank aannemelijk dat er door een ander via een extern bureaublad gebruik is gemaakt van verdachtes computer. Dat zou betekenen dat verdachte gedurende langere tijd zelf geen gebruik van zijn computer zou kunnen maken. Verdachte heeft verklaard dat zijn computer door de open wifi-verbinding langzaam was, niet dat hij daardoor zijn computer niet kon gebruiken.
File- en webserverprogramma’s
Uit de hiervoor genoemde bevindingen van verbalisant [verbalisant 1] blijkt dat op de computer van verdachte een aantal file- en webserverprogramma’s is aangetroffen. De Apache-webserver is zo geconfigureerd dat vanaf elk IP-adres toegang is toegestaan tot de map ‘htdocs’. In deze map zijn echter geen kinderpornografische bestanden aangetroffen. Vier van de vijf kinderpornografische filmbestanden zijn gedownload met behulp van Tribler en GrabIt. De kinderpornografische bestanden lijken dus niet middels een file- of webserverprogramma op de computer van verdachte terecht te zijn gekomen.
De rechtbank acht daarom evenmin aannemelijk dat door een ander, middels een file- of webserverprogramma van verdachte, de kinderpornografische films op de computer van verdachte zijn terecht gekomen.
Bewijsoverwegingen ten aanzien van feit 2
De rechtbank acht niet bewezen dat verdachte de kinderpornografische foto’s in zijn bezit heeft gehad in de ten laste gelegde periode. Aangezien deze foto’s alle gedeletet zijn, kan niet wettig en overtuigend worden bewezen dat verdachte in de ten laste gelegde periode het opzet heeft gehad op het in bezit hebben van deze afbeeldingen.
4.3.3
Het bewijs ten aanzien van feit 3
Aangezien verdachte het onder 3 ten laste gelegde feit heeft bekend en geen vrijspraak is bepleit, volstaat de rechtbank met een opsomming van de bewijsmiddelen.
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder 3 ten laste gelegde feit heeft begaan op grond van de volgende bewijsmiddelen:
- het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt door [verbalisant 2] , brigadier van Politie Utrecht, d.d. 3 juli 2012;28.
- het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt door [verbalisant 3] , brigadier-rechercheur van Politie Midden-Nederland, d.d. 27 januari 2013;29.
- de bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting.30.
5. Bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de in rubriek 4.3 genoemde bewijsmiddelen bewezen dat verdachte
1. in de periode van 15 oktober 2011 tot en met 28 oktober 2011 in Nederland, meerdere malen, door bedreiging met een andere feitelijkheid [slachtoffer] heeft gedwongen tot het plegen van ontuchtige handelingen, immers heeft hij die [slachtoffer] telkens gedwongen zichzelf te vingeren voor de webcam,
waarbij die bedreiging met die andere feitelijkheden heeft bestaan uit
- het via e-mailberichten en chatberichten dreigen om (een) door hem via de chat gemaakte (seksueel getinte) foto('s) en/of filmpje(s) van die [slachtoffer] te openbaren en te verspreiden en op Facebook en Hyves en andere sites te plaatsen en naar haar buurmeisje te sturen indien zij niet opnieuw met hem zou chatten en zichzelf zou tonen voor de webcam en
- het via e-mail en chatberichten dreigen om haar (door verdachte bij de voornaam genoemde) zusje lastig te vallen indien zij niet voor de webcam zou verschijnen.
2.
in de periode van 10 augustus 2011 tot en met 2 juli 2012 te Veenendaal meermalen telkens een aantal afbeeldingen, te weten 5 films en een gegevensdrager bevattende afbeeldingen (te weten een computer/notebook) heeft verworven en in bezit gehad en zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft, terwijl op die afbeeldingen seksuele gedragingen zichtbaar zijn,
waarbij telkens een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken, welke voornoemde seksuele gedragingen bestonden uit - zakelijk weergegeven - :
- het vaginaal penetreren met de penis en/of (een) vinger(s) van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt en
- het betasten en aanraken van de geslachtsdelen en de billen en de borsten van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt met de vingers/hand en
- het gedeeltelijk naakt (laten) poseren van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt, waarbij deze persoon gekleed is en poseert in een omgeving en in een erotisch getinte houding op een wijze die niet bij haar leeftijd past en waarbij deze persoon zich vervolgens in opeenvolgende filmfragmenten van haar kleding ontdoet en door het de
wijze van kleden van deze persoon en de uitsnede van de film nadrukkelijk het ontblote geslachtsdeel en borsten in beeld gebracht worden,
waarbij de afbeelding aldus een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling.
3.
op 2 juli 2012 in de gemeente Veenendaal een wapen van categorie I, onder 6, te weten een
katapult, voorhanden heeft gehad.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten staan, zijn deze verbeterd. Verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.
6. De strafbaarheid van het feit
Het bewezen geachte feit is volgens de wet strafbaar als
feit 1: feitelijke aanranding van de eerbaarheid, meermalen gepleegd;
feit 2: een afbeelding - of een gegevensdrager, bevattende een afbeelding - van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, verwerven en in bezit hebben en zich door middel van een geautomatiseerd werk of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang daartoe verschaffen, meermalen gepleegd;
feit 3: handelen in strijd met een in artikel 13, eerste lid, van de Wet wapens en munitie gegeven verbod.
Het bestaan van een rechtvaardigingsgrond is niet aannemelijk geworden.
7. De strafbaarheid van verdachte
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dan ook strafbaar.
8. Motivering van de straffen en maatregelen
8.1
De eis van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte voor de door hem onder 1, 2 en 3 bewezen geachte feiten zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van 3 maanden, met aftrek van voorarrest.
8.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft betoogd dat slechts voor het onder 3 ten laste gelegde feit een straf kan worden opgelegd. Gelet op het tijdsverloop en de gevolgen die deze zaak voor verdachte heeft gehad, heeft de verdediging bepleit te volstaan met een rechterlijk pardon.
8.3
Het oordeel van de rechtbank
De hierna te noemen strafoplegging is in overeenstemming met de ernst van het bewezen geachte, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals daarvan ter terechtzitting is gebleken.
De rechtbank heeft bij de keuze tot het opleggen van een vrijheidsbenemende straf en bij de vaststelling van de duur daarvan in het bijzonder het volgende laten meewegen.
Verdachte heeft via de webcam een 14-jarig meisje gedwongen tot het verrichten van seksuele handelingen bij zichzelf. Verdachte heeft daarbij gedreigd om seksueel getinte foto’s van haar naar anderen te versturen en te verspreiden op internet. Daarnaast heeft verdachte gedreigd haar zusje lastig te vallen als ze niet opnieuw aan zijn wensen zou voldoen. Door deze dreigementen heeft het slachtoffer tegen haar wil handelingen verricht, wat een grote impact op haar heeft gehad. Bovendien heeft zij moeten leven met de angst dat verdachte de foto’s die hij (wellicht) van haar had gemaakt publiek zou maken. De rechtbank vindt dit een zeer kwalijk feit, waarbij verdachte op grove wijze misbruik heeft gemaakt van de jonge leeftijd van het slachtoffer.
Verder heeft verdachte zit schuldig gemaakt aan het in bezit hebben van 5 kinderpornografische filmbestanden. Ook dit waardeert de rechtbank als een ernstig feit, in het bijzonder nu het bij een aantal films gaat over de penetratie van zeer jonge kinderen. Verdachte heeft met het verwerven van deze films bijgedragen aan de instandhouding van een wereld waarin kinderen op een zeer verwerpelijke wijze worden misbruikt.
Ten slotte heeft verdachte zich schuldig gemaakt aan het voorhanden hebben van een katapult. Dit feit zal door de rechtbank slechts in geringe mate worden meegewogen bij de strafmaat, aangezien de eerste twee feiten als de meest ernstige moeten worden getypeerd.
Wat betreft de persoon van de verdachte heeft de rechtbank gelet op een de verdachte betreffend uittreksel uit de justitiële documentatie waaruit blijkt dat verdachte niet eerder is veroordeeld.
Verder heeft de rechtbank gelet op een Pro Justitia-rapport van drs. R.A. Sterk, psycholoog, d.d. 18 augustus 2014, waarin wordt geconcludeerd dat geen sprake is van vermindering van de toerekeningsvatbaarheid.
De rechtbank is van oordeel dat gelet op de ernst van de feiten niet met een andere straf kan worden volstaan dan met een deels onvoorwaardelijke vrijheidsstraf. De rechtbank zal afwijken van de straf die door de officier van justitie is geëist, nu deze straf onvoldoende recht doet aan de ernst van de feiten. De rechtbank acht het bovendien aangewezen om verdachte een gedeeltelijk voorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen om hem ervan te weerhouden in de toekomst opnieuw dergelijke strafbare feiten te plegen.
De rechtbank zal aan verdachte een gevangenisstraf opleggen voor de duur van 6 maanden, met aftrek van voorarrest, waarvan 2 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren.
9. Toepasselijke wettelijke voorschriften
De beslissing berust op de artikelen 14a, 14b, 14c, 57, 240b en 246 van het Wetboek van Strafrecht en artikel 55 van de Wet wapens en munitie zoals deze artikelen luidden ten tijde van het bewezen verklaarde en op de reeds aangehaalde artikelen.
10. Beslissing
De rechtbank:
Bewezenverklaring
Verklaart bewezen dat verdachte het onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Strafbaarheid
Het bewezen verklaarde levert op:
feit 1: feitelijke aanranding van de eerbaarheid, meermalen gepleegd;
feit 2: een afbeelding - of een gegevensdrager, bevattende een afbeelding - van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, verwerven en in bezit hebben en zich door middel van een geautomatiseerd werk of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang daartoe verschaffen, meermalen gepleegd;
feit 3: handelen in strijd met een in artikel 13, eerste lid, van de Wet wapens en munitie gegeven verbod.
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte daarvoor strafbaar.
Straf
Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van 6 (zes) maanden.
Beveelt dat de tijd die door veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van die straf in mindering gebracht zal worden.
Beveelt dat een gedeelte, groot 2 (twee) maanden, van deze gevangenisstraf niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij later anders wordt gelast.
Stelt daarbij een proeftijd van 2 (twee) jaren vast.
De tenuitvoerlegging kan worden gelast, indien veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet aan de volgende voorwaarden houdt.
Stelt als algemene voorwaarde dat de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.P. den Otter, voorzitter, mrs. J. Ebbens en K.J. Veenstra, rechters, in tegenwoordigheid van mr. M.C. van Reenen, griffier, en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 18 maart 2015.
BIJLAGE: de tenlastelegging
Aan bovenbedoelde gedagvaarde persoon wordt tenlastegelegd dat
(wijziging tenlastelegging d.d. 4 maart 2015 staat vet en cursief gedrukt)
1.
hij in of omstreeks de periode van 15 oktober 2011 tot en met 28 oktober 2011
te Veenendaal, althans in het arrondissement Utrecht, althans in Nederland,
meerdere malen, althans eenmaal, door geweld en / of een andere feitelijkheid
en / of door bedreiging met geweld en /of een andere feitelijkheid [slachtoffer] heeft gedwongen tot het plegen en / of dulden van een of meer ontuchtige handelingen, immers heeft hij die [slachtoffer] (telkens) gedwongen
- om zich (geheel of gedeeltelijk) uit te kleden voor de webcam en/of
- haar vagina te tonen voor de webcam en/of
- zichzelf te vingeren voor de webcam,
waarbij dat geweld en/of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging
met geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) (telkens) heeft bestaan uit
- het (via emailberichten en/of chatberichten) dreigen om (een) door hem (via
de chat) gemaakte (seksueel getinte) foto('s) en/of filmpje(s) van die [slachtoffer]
te openbaren en/of te verspreiden en/of op Facebook en/of Hyves en/of andere
sites te plaatsen en/of naar haar ouders en/of zusje en/of buurmeisje en/of
andere bekenden te sturen indien zij niet opnieuw met hem zou chatten en/of
zichzelf zou tonen voor de webcam en/of
- het (via email en/of chatberichten) dreigen om haar (door verdachte bij de
voornaam genoemde) zusje lastig te vallen indien zij niet voor de webcam zou
verschijnen;
en/of
hij in of omstreeks de periode van 15 oktober 2011 tot en met 28 oktober 2011
te Veenendaal althans in Nederland, een of meermalen door giften of
beloften van geld of goed of
misbruik van uit feitelijke verhoudingen voortvloeiend overwicht of door
misleiding, te weten
- door zich voor te doen als 13-jarig meisje en/of (vervolgens) als 19-jarige
jongen,
een persoon, [slachtoffer] , geboren op [geboortedatum] waarvan verdachte wist of
redelijkerwijs moest vermoeden dat deze de leeftijd van achttien jaren nog
niet had bereikt, opzettelijk heeft bewogen ontuchtige handelingen te plegen
of zodanige handelingen van verdachte te dulden, immers heeft hij, verdachte,
die [slachtoffer] ertoe bewogen
- om zich (geheel of gedeeltelijk) uit te kleden voor de webcam en/of
- haar vagina te tonen voor de webcam en/of
- zichzelf te vingeren voor de webcam;
2.
hij in of omstreeks de periode van 10 augustus 2011 tot en met 2 juli 2012 te
Veenendaal, in elk geval in Nederland, één of meermalen (telkens) een
(aantal) afbeelding(en), te weten 8 foto('s) en/of 5 film(s) en/of (een)
gegevensdrager(s) bevattende (een) afbeelding(en) (te weten een
computer/notebook) heeft
verworven en/of
in bezit gehad en/of
zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking
van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft,
terwijl op die afbeelding(en) (een) seksuele gedraging(en) zichtbaar is/zijn,
waarbij (telkens) een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog
niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken,
welke voornoemde seksuele gedragingen bestonden uit - zakelijk weergegeven - :
het vaginaal penetreren (met de penis en/of (een) vinger(s)/hand) van het
lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft
bereikt
en/of
het vaginaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een
persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt (met
(een) vinger(s)/hand)
en/of
het betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen en/of de billen en/of de
borsten van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft
bereikt (met de penis en/of (een) vinger(s)/hand)
en/of
het betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen en/of de borsten van een
(ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog
niet heeft bereikt (met (een) vinger(s)/hand)
en/of
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van (een) perso(o)n(en) die
kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft/hebben bereikt, waarbij
deze perso(o)n(en) gekleed is/zijn en/of poseert/poseren in een omgeving en/of
in (een)(erotisch getinte) houding(en)
(op een wijze) die niet bij haar/hun leeftijd past/passen
en/of waarbij deze perso(o)n(en) zich (vervolgens) in opeenvolgende
afbeeldingen/filmfragmenten van haar/hun kleding ontdoet/ontdoen
en/of (waarna) door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de
wijze van kleden van deze perso(o)n(en) en/of de uitsnede van de
afbeelding(en)/film(s) nadrukkelijk de (ontblote) geslachtsdelen en/of borsten
en/of billen in beeld gebracht worden
(waarbij) de afbeelding (aldus) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft
en/of strekt tot seksuele prikkeling
MEDEDELINGEN:
De officier van justitie deelt mede dat een representatieve collectie van
bovengenoemde afbeeldingen/filmfragmenten is samengesteld, maar ter voorkoming
van strafbare feiten en verdere
verspreiding van bovengenoemd materiaal, niet in het dossier zijn gevoegd en
ook niet in afschrift zullen worden verstrekt. De officier van justitie zal
deze collectie als stuk van overtuiging op de terechtzitting aanwezig hebben
en aan de rechtbank overleggen. Voorafgaand aan de terechtzitting kan inzage
in genoemd materiaal verleend worden op afspraak met de officier van justitie.
art 240b lid 1 Wetboek van Strafrecht
3.
hij op of omstreeks 02 juli 2012 in de gemeente Veenendaal althans in het
arrondissement Utrecht, een wapen van categorie I, onder 6, te weten een
katapult, voorhanden heeft gehad;
de in bovenstaande telastelegging gebruikte termen worden, voorzover daaraan in
de "Wet Wapens en Munitie" betekenis is gegeven, geacht in dezelfde betekenis
te zijn gebruikt;
art 13 lid 1 Wet wapens en munitie
Voetnoten
Voetnoten Uitspraak 18‑03‑2015
Het proces-verbaal van verhoor benadeelde [slachtoffer] , d.d. 27 november 2011, p. 90.
Het proces-verbaal van verhoor benadeelde [slachtoffer] , d.d. 27 november 2011, p. 92.
Het proces-verbaal van verhoor benadeelde [slachtoffer] , d.d. 27 november 2011, p. 90.
Het proces-verbaal van verhoor benadeelde [slachtoffer] , d.d. 27 november 2011, p. 93.
Het proces-verbaal van verhoor benadeelde [slachtoffer] , d.d. 27 november 2011, p. 94.
Het proces-verbaal van verhoor benadeelde [slachtoffer] , d.d. 27 november 2011, p. 96.
Het proces-verbaal, d.d. 16 november 2011, p. 83.
Een geschrift, te weten een faxbericht van Ziggo, d.d. 23 november 2011, p. 122.
Een geschrift, te weten een uitdraai van een msn-bericht, p. 104.
Een geschrift, te weten een uitdraai van een msn-bericht, p. 103.
Een geschrift, te weten een uitdraai van een msn-bericht, p. 105.
Het proces-verbaal van aangifte, gedaan door [aangever] , d.d. 22 november 2011, p. 52.
Het proces-verbaal van aangifte, gedaan door [aangever] , d.d. 22 november 2011, p. 54.
Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 3 juli 2012, p. 130.
Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 19 juni 2013, p. 138.
Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 19 juni 2013, p. 139.
Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 19 juni 2013, p. 147.
Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 19 juni 2013, p. 148.
Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 19 juni 2013, p. 148.
Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 3 juli 2012, p. 128.
Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 3 juli 2012, p. 130.
Het proces-verbaal onderzoek in beslag genomen goed, d.d. 17 december 2012, p. 205.
Het proces-verbaal onderzoek in beslag genomen goed, d.d. 17 december 2012, p. 207.
Het proces-verbaal onderzoek in beslag genomen goed, d.d. 17 december 2012, p. 210.
Het proces-verbaal onderzoek in beslag genomen goed, d.d. 17 december 2012, p. 210.
Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 24 februari 2015, p. 1 tot en met 6 met bijlagen 1 en 2.
Pagina 128 tot en met 131.
Pagina 135 tot en met 137.
Verklaring van verdachte, afgelegd ter terechtzitting d.d. 4 maart 2015.