Deze zaak hangt samen met de zaken 13/00232 B, 13/00231 B en 13/01804 B, waarin ik heden eveneens concludeer.
HR, 01-07-2014, nr. 13/01803
ECLI:NL:HR:2014:1585
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
01-07-2014
- Zaaknummer
13/01803
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:HR:2014:1585, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 01‑07‑2014; (Cassatie)
Conclusie: ECLI:NL:PHR:2014:647, Gevolgd
ECLI:NL:PHR:2014:647, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 01‑04‑2014
Arrest Hoge Raad: ECLI:NL:HR:2014:1585, Gevolgd
- Vindplaatsen
SR-Updates.nl 2014-0293
Uitspraak 01‑07‑2014
Inhoudsindicatie
Klaagster n-o in cassatieberoep, nu niet tijdig door een raadsman een schriftuur houdende middelen van cassatie is ingediend.
Partij(en)
1 juli 2014
Strafkamer
nr. 13/01803 B
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
op het beroep in cassatie tegen een beschikking van de Rechtbank Dordrecht van 22 oktober 2012, nummer RK 10/131, op een klaagschrift als bedoeld in art. 552a Sv, ingediend door:
[klaagster] , geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1983.
1. Geding in cassatie
Het beroep is ingesteld door de klaagster. Middelen van cassatie zijn namens deze niet voorgesteld.
De Advocaat-Generaal G. Knigge heeft geconcludeerd dat de klaagster niet-ontvankelijk zal worden verklaard in het beroep.
2. Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep
Nu de klaagster niet binnen de bij de wet gestelde termijn bij de Hoge Raad door een raadsman een schriftuur houdende middelen van cassatie heeft doen indienen, is niet in acht genomen het voorschrift van art. 447, vijfde lid, Sv, zodat de klaagster in het beroep niet kan worden ontvangen.
3. Beslissing
De Hoge Raad verklaart de klaagster niet-ontvankelijk in het beroep.
Deze beschikking is gegeven door de vice-president A.J.A. van Dorst als voorzitter, en de raadsheren V. van den Brink en E.S.G.N.A.I. van de Griend, in bijzijn van de waarnemend griffier E. Schnetz, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 1 juli 2014.
Conclusie 01‑04‑2014
Inhoudsindicatie
Klaagster n-o in cassatieberoep, nu niet tijdig door een raadsman een schriftuur houdende middelen van cassatie is ingediend.
Nr. 13/01803 B Zitting: 1 april 2014 | Mr. Knigge Conclusie inzake: [klaagster] |
1. Klaagster heeft beroep in cassatie ingesteld tegen de beschikking van de Rechtbank Dordrecht van 22 oktober 2012 met kenmerk RK 10/131.1.
2. De aanzegging als bedoeld in art. 447, lid 3, Sv is op 24 april 2013 betekend. De mededeling betekening is op 22 mei 2013 verzonden aan de advocaat van klaagster. De in het vijfde lid van art. 447 Sv gestelde termijn van een maand liep af op 24 juni 2013. Er is gedurende deze termijn geen schriftuur houdende middelen van cassatie binnengekomen.
3. Nu klaagster niet binnen de bij de wet gestelde termijn bij de Hoge Raad door een raadsman een schriftuur houdende middelen van cassatie heeft doen indienen, kan zij ingevolge art. 447, lid 5 Sv niet in haar cassatieberoep worden ontvangen.
4. De conclusie strekt ertoe dat de Hoge Raad klaagster niet-ontvankelijk zal verklaren in het ingestelde cassatieberoep.
De Procureur-Generaal
bij de Hoge Raad der Nederlanden,
AG
Voetnoten
Voetnoten Conclusie 01‑04‑2014