V-N 2017/18.7
Prejudiciële vragen aan Hoge Raad over conserverende aanslag voor pensioen- en lijfrenteaanspraken bij emigratie naar Frankrijk
Rb. Zeeland-West-Brabant 09-03-2017, ECLI:NL:RBZWB:2017:1464, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Datum
9 maart 2017
- Magistraten
Van Roij, Pauwels, Van Vijfeijken
- Zaaknummer
BRE 16/3350
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS24369:1
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Inkomen uit werk en woning (box 1) - niet-winst
Internationaal belastingrecht / Belastingverdragen
Inkomstenbelasting / Algemeen
Inkomstenbelasting / Winst
- Brondocumenten
ECLI:NL:RBZWB:2017:1464, Uitspraak, Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 09‑03‑2017
- Wetingang
Essentie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant stelt prejudiciële vragen aan de Hoge Raad. De rechtbank wijst er op dat in de literatuur grote vraagtekens worden gezet bij de reparatiewetgeving op het gebied van de belastingheffing over pensioenaanspraken en lijfrenteaanspraken bij emigratie.
Samenvatting
Belanghebbende, X, houdt de aandelen in A bv. A bv houdt de aandelen in B bv. In 1997 heeft X zijn onderneming in de bv ingebracht. Hij heeft daarbij een gerichte lijfrente bedongen. Verder heeft X een pensioen bij A bv bedongen. Eind 2014 emigreert X naar Frankrijk. De inspecteur legt daarom een conserverende aanslag op aan X voor de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.